119 Zitting van Donderdag 6 December 1HÏ7, geopend 's namiddags te drie uren. Voorzitter: de heer Burgemeester Dr. W. C. Van den Brandeler. Te behandelen onderwerpen 1*. Voordracht betrekkelijk het verleenen van afschrijving van plaatselijke directe belasting, dienst 1877. (261) 2®. Idem betrekkelijk den aankoop van een huis ten behoeve van de Gasfa briek. (262 en 268) 3°. Verzoek van L. P. Van der Zon om een duiker te leggen aan den Sin gel builen de voormalige Wittepoort. (264) 4®. Voordracht betrekkelijk de splitsing van klassen aan de Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen. (266 en 269) 5®. Verzoek van de ingelanden van de Witte Rozenlaan betrekkelijk het leggen van een dam. (267) 6®. Tweede suppletoir kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1877. Tegenwoordig de heeren Wilkelmy Damsté, Le Poole, Suringar, Harte- velt, De Freraery, Krantz, Van ItersonVan der LitliCock, Verster, Du llieu, De Laat de Kanter en Van den Brandeler. De heeren Van Wensen en Juta gaven kennis verhinderd te zijn de ver gadering bij te wonen. De aanteekeningen van bet verhandelde in de zitting van Donderdag 22 November 11. worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter legt over 1®. Adres van Mejuffrouw Verkerk te 's Hage, om eene sloot te doen dempen aan de Haagsche trekvaart. 2®. Adres van J. tl. Van Oen Worm, houdende bezwaar tegen de door P. D. Steenhuizen gevraagde vergunning tot gebruik van grond en water bij de Morschpoort. Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze te stellen in handen van Burg. en Weth. 3®. Voordracht voor de benoeming van een Hegent van de B. K. Armen en het Wees- en Oudeliedenhuis. 4®. Voordracht voor de benoeming van eene hulponderwijzeres aan de school o". 1 voor onvermogenden. 5®. Missive van den Baad van Nieuwleusenten geleide van een afschrift van een adres aan Z. M. den Koning, waarbij wijziging wordt verzocht van art. 242 der Gemeentewet. 6®. Voordracht voor de benoeming van een Bestuurder van het Werkhuis. Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze ter inzage van de leden in de leeskamer neder te leggen. Aan de orde is: 1. Voordracht betrekkelijk het verleenen van afschrijving van plaatselijke directe belasting, dienst 1877. (Zie Ing. St. n°. 261.) Wordt met algemeene stemmen aangenomen. 71. Voordracht betrekkelijk den aankoop van een huis ten behoeve van de Gasfabriek. (Zie Ing. St. nos. 262 en 26S.) De Voobzitter. De Commissie van Financiën heeft zich met deze voor dracht vereenigdterwijl tevens wordt voorgesteld om de begrooting van 1877 te verhoogenten einde den aankoop te kunnen bewerkstelligen. Wordt aangenomen met 12 stemmen tegen ééndie van den heer Cock. III. Verzoek van L. P. Van der Zonom een duiker te leggen aan den Singel buiten de voormalige Wittepoort. (Zie Ing. St. n°. 264.) Wordt zonder hoofdelijke stemming toegestaan. IV. Voordracht betrekkelijk de splitsing van klassen aan de Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen. (Zie Ing. St. nos. 266 en 269.) De Voorzitter. De Commissie van Financiën heeft geene bedenking tegen deze voordracht. Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. V. Verzoek van de ingelanden van de Witte Kozenlaan betrekkelijk het leggen van een dam. (Zie Ing. St. n®. 267.) De heer Verster. Ik wenschte aan onzen geachten Wethouder van Fabricage wel eene vraag te doen ten aanzien van het thans in behandeling zijnde punt. Ter plaatse waar thans een dam in de Singelsloot is gemaakt, bestond vroeger eene brug. Die brug werd wederrechtelijk geamoveerden de ingelanden van de Witte Bozeniaan werden onlangs door Burg. en Weth. aangeschreven om den dam op te ruimen en de brug te herstellen. De Commissie van Fabricage stelt aan de genoemde ingelanden drie wegen open om tot die herstelling te geraken, en nu zoude ik gaarne van den heer De Laat De Kanter vernemen of, onverschillig welke der drie wegen door hen ook mocht worden gekozenin ieder geval eene genoegzame doorstroo ming van water in de Singelsloot zal worden verkregen. Bij eene beves tigende beantwoording dezer vraagzal ik voor de voordracht stemmen. De heer De Laat de Kanter. Het valt mij moeielijk de gedane vraag te beantwoordenomdat ik niet weet hoe groot die vroegere brug was, welke reeds in 1868 is weggenomen. Maar tot geruststelling van den geachten spreker wil ik hem gaarne verzekerendat voor onvoldoende waterloozing Zittikoverslao 1877. geen gevaar bestaat. Wij hebben toch nu eene veel grootere afmeting voor den duiker voorgeschreven, dan vroeger door Bijnland werd gedaan (1.50 M. tegen 0.28 M.); ik geloof dus dat er geen het minste bezwaar bestaat om het verzoek toe te staan op de daarbij gestelde voorwaarden. Het voorstel, om gunstig op het verzoek te beschikken, wordt met algemeene stemmen aangenomen. VI. Tweede suppletoir kohier der plaatselijke directe belastingdienst 1877. Wordt met algemeene stemmen goedgekeurd. De Voorzitter. Burg. en Weth. stellen aan den Gemeenteraad voor om) zich tot Ged. Staten te wenden, tot het bekomen van de vereischtemachtiging tot gemeenschappelijke regeling van het jaagpad tusschen UtrechtWoerden en Leiden. Daar het hier eene gemeenschappelijke regeling betreft tusschen gemeenten in verschillende provinciën gelegen, zoo zal ook de koninklijke goedkeuring vereischt worden om tot die regeling te kunnen overgaan. Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten. Zitting van Donderdag 13 December 1ST7, geopend 's namiddags te halfcier uren. Voorzitter: de heer Burgemeester Dr. W. C. Van den Brandeler. Te behandelen onderwerpen: 1'. Benoeming van eene hulponderwijzeres aan de school n®. 1 voor on vermogenden. (270) 2°. Idem van een Regent van de R. K. Armen en het Wees- en Oudelieden huis. (265) 3". Idpm van een Bestuurder van het Werkhuis. (271) 4®. Onderzoek der geloofsbrieven van de nieuw benoemde leden van den Gemeenteraad. Tegenwoordig de heeren Wilhelmy DamstéVan der ZweepVan Het- tinga Tromp, Suringar, Juta, Goudsmit, Hartevelt, De Laat de Kanter, De Fremery, Librecht Lezwijn. Van Iterson, Van der LithVan Heu- kelomDercksen, Du Bieu, Scheltema, Verster, Le Poole, Cock en de Voorzitter. De heer Eigeman gaf kennis verhinderd te zijn de vergadering bij te wonen. De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag 6 December worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede 1®. Dispositie van de Gedeputeerde Staten, van 4/7 December II., G. S. n°. 38, ten geleide van de goedgekeurde gemeentebegrooting voor 1878. 2®. Dispositie als boven, van 4/7 December 11., G. S. n°. 23/3, ten ge leide van het goedgekeurd raadsbesluit van 22 November 11., tot verhooging van het kapitaal der gemeente in de Bank van Leening. Deze worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Adres van J. Zonneveld, ter bekoming van grond in de Brandewijn- steeg. Overeenkomstig de voordracht wordt besloten dit te stellen in handen van Burg. en Weth. en van de Commissie van Financiën. 2®. Missive van het B. K. Parochiaal Armbestuur, daarbij verzoekende niet over te gaan tot de benoeming van een Begent van de B. K. Armen en het Wees- en Oudeliedenhuis. 3°. Idem van den Bisschop van Haarlem. Deze is van den volgenden inhoud «Haarlem, 12 December 1877. De ondergeteekendeBisschop van Haarlem, heeft de eer bij dezen ter kennis van UEd. Achtb. te brengen, dat door wijlen zijn Moogwe. Ambts voorganger Mgr. G. P. Wilmer, Bisschop van Haarlem, bij diens besluit van den 12den October 1876 voor de drie Parochiën te Leiden één B. K. Parochiaal Armbestuur is opgericht, overeenkomstig het UEd. Achtb. in der tijd medegedeeld Algemeen Beglement voor de Besturen der Parochiale en andere Katholijke Instellingen van Liefdadigheid in het Bisdom van Haar lem welk Bestuur alzoo het eenige is, waaraan de verzorging der B. K. Armen en Weezen van Leiden is opgedragen. Ik achtte het wenschelijk bovenstaande mededeeling alsnog aan UEd. Achtb. te doen. De Bisschop voornoemd f P. M. Snickers. J. F. Vregt, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester, Wethouders en leden van den Baad der gemeente Leiden." Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze missives te behandelen bij het tweede der aan de orde gestelde onderwerpen. i Aan de orde is I. Benoeming van eene hulponderwijzeres aan de school n°. 1 voor onvermogenden. (Zie log. St. no. 270.) De heeren Wilhelmy Damsté, Librecht Lezwijn en Van der Lith worden door den Voorzitter uitgenoodigd met hem het stembureau uit te maken. Met 16 stemmen wordt benoemd Mej. Jozina van Sonsbeek. Er waren 4 blanco-biljetten ingeleverd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1877 | | pagina 1