TO de rooilijn vbd de nieuwe Kaiserstraat geheel werd verbroken, en ten einde te voorkomen dat wellicht later de rooilijn wederom zoude worden yer- anderd. Uit de thans door den Minister ingezonden gewijzigde concept-overeen komst, die hiernevens wordt overgelegd, blijkt dat aan alle bezwaren des tijds is te gemoet gekomenen wij geven u mitsdien in overweging de vereischte machtiging te verleenen, ten einde tot het sluiten van de voorge stelde overeenkomst kunne worden overgegaan. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. De Minister van Binnenlandsche Zaken, handelende voor het Rijk, eenerzijds en de Burgemeester van Leiden, handelende voor die gemeente, krachtens be sluit van den Raad van goedgekeurd bij de beschikking der Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland vanN°. van welke stukken afschriften aan de tegenwoordige akte zijn gehecht, ter andere zijdezijn overeengekomen als volgt Art. 1. De contractant ter andere zijde draagt aan dien eenerzijds over het terrein aan den Vestwal tusschen de Kaiserstraat en den Vliet, in den perceelsgewijzen kadastraleu legger der gemeente Leidenbekend als volgt (kadastrale omschrijving van al de pereeelen), van welke perceelen de ge meente Leiden den eigendom heeft verkregen bij (hier de titels van aan komst vermelden). Art. 2. De contractant eenerzijds daartoe gemachtigd bij Koninklijk Be sluit van 31 Augustus 1877, N°. 5, draagt aan dien ter andere zijde in ruiling over een stuk gronds, groot ongeveer 132 centiarenthans behoorendei tot het terrein van het Zoötomisch Kabinetgelegen tusschen de Kaiserstraat en de rooilijn van het eerste gedeelte dier straat, in den perceelsgewijzen kadastraleu legger der gemeente Leidenbekend ten name van den Staat (Onderwijs) als het oostelijke deel van Sectie A, N°. 432. Art. 3. De contractant eenerzijds betaalt bovendien bij de som van twee duizend acht honderd vijf gulden, te voldoen door afgifte aan den contrac tant ter andere zijde van een bevelschrift van betaling op den Rijksbetaal meester te 's Gravenhagebinnen een maand nadat door den contractant ter andere zijde in behoorlijken vorm aan het Departement van Binnenlandr sche Zaken zal zijn ingediend eene declaratie in duplowaarvan eene op zegel, benevens het bewijs van onbezwaardheid en de titel van aankomst der in art. 1 vermelde perceelen. Art. 4. De perceelen worden geleverd vrij en onbezwaard alsmede onver- huurd, en gaan bij de onderteekening dezer aan de respectieve partijen over. De grondbelasting over 1800 zeven en zeventig blijft ten laste van de tegen woordige eigenaren. Art. 5. Wordt binnen vier jaar na de dagteekening dezer op de in art. 1 vermelde perceelen geene Academische inrichting gesticht, dan keeren zij aan de gemeente Leiden terug in den staatwaarin zij zich op dat tijdstip zullen bevinden. In dit geval wordt binnen eene maand door de gemeente Leiden aan het Rijk eene som van twee duizend gulden uitbetaald. De kosten dezer akte, met uitzondering van die der zegels, komen ten laste van bet Rijk. Gedaan in dubbel en geteekend te Leidenop 1877, en te 's Gravenhage, op1877. De Minister van Binnenlandsche Zaken, De Burgemeester van Leiden Leiden, 2 October 1877. De Commissie van Financiën vereenigt zich gaarne met de voordracht van Burg. en Weth. betrekkelijk de overdracht van grond bij de Kaiser straat aan het Rijk. Met genoemd college is zij van oordeel, dat thans aan het verlangen van den Raad is voldaan. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën enz. N». 330. Leiden, 11 October 1S77. Onder overlegging van het adres van J. Van Ling, daarbij verzoekende eervol ontslag uit zijne betrekking van hulponderwijzer aan de school no. 2 voor onvermogendenen onder verwijzing naar het nevensgaand rapport van den betrokken hoofdonderwijzer, hebben wij de eer Uwe Vergadering te raden den adressant tegen den 19en November a. s. eervol uit zijne betrekking te ontslaan. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethoudersenz. Leiden, 9 October 1877. Aan den Edel-Achtbaren Heer Burgemeester van Leiden verzoekt de ondergeteekende, hulponderwijzer aan school no. 2 voor onver mogendentegen 19 November a. s. eervol ontslag uit zijne betrekking. Hoogachtend UEAs. dw. dienaar, J. Van Ling. Leiden, 11 October 1877. Ter voldoening aan den inhoud uwer apostille dd. 10 dezer, no. 2159, en onder terugzending van het adres van den hulponderwijzer J. Van Ling houdende verzoek om eervol ontslag uit zijne betrekking aan mijne school tegen 19 November e. k., heb ik de eer te berichten, dat er bij mij geen bezwaar bestaat om het verzoek in te wiirigen en ik vrijheid vind u te ra den het gevraagd ontslag eervol te verleenen. De hoofdonderwijzer der openbare school no. 2 voor onverm., J. P. Lancel. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden. N°. 331. Leiden11 Ootober 1877. Onder overlegging van de adressen der heeren J. L. A. Desertine en Dr. C. Ter Laagdaarbij continuatie verzoekenderespectievelijk als stads- chururgijn en stadsdokter, en overeenkomstig de rapporten van de drie groote armbesturen, hebben wij de eer Uwe Vergadering te adviseeren ge noemde heeren in hunne betrekking te continueeren. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan de Edel-Achtbare Heeren Burg.Weth. en Raden der gemeente Leiden. Geeft met verscbuldigden eerbied te kennen Jeaques Louis Adolphe Deser- tiae, chirurgijn en vroedmeesteren in deze betrekking als stadschirurgijn aangesteld met bepaling dat hij zieh telken drie jaren tot UEd.-Acbtb. zoude wenden, en aangezien deze tijd bijna verstreken iszoo neemt de requestrant eerbiedig de vrijheid zich tot UEd.-Achtb. te wenden, met nederig verzoek hem in deze betrekking te willen continueeren. 't Welk doende WelEd.-Achtb. Heeren, UEd.-Achtb. Dienstwillige Dienaar, Leiden, 25 September 1877. J. L. A. Deseetine. Aan den Gemeenteraad van Leiden geeft met verscbuldigden eerbied te kennendat zijne aanstelling als stads dokter weldra ten einde loopende, ondergeteekende als zoodanig wenschte te worden herbenoemd. 't Welk doende Leiden, 26 September 1877. Dr. C. Tee Laag. Leiden, 2 October 1877. Aan HH. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. Voldoende aan UEd.-Achtb. uitnoodiging van 26 September, n°. 771, om te dienen van bericht en raadomtrent het verzoekschrift van den heer J. L. A. Desertine, om continuatie in zijne betrekking als stads-heelmeester, hebben Diakenen der Nederduitseh Hervormde Gemeente alhierde eer UEd.-Achtb. te berichtendat bij genoemd college geen bezwaar is gemaakt om genoemden heer de gevraagde continuatie te verleenen. Namens Diakenen voornoemd G. J. Coets, Voorzitter. C. C. Tieleman, Secretaris. Leiden, 2 Ootober 1877. Aan HH. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. Voldoende aan UEd.-Achtb. uitnoodiging van 26 September, n°. 771, om te dienen van bericht en raadomtrent het verzoekschrift van den heer Dr. C, Ter Laag, om continuatie in zijne betrekking als stads-geneesheer hebben Diakenen der Nederduitseh [Hervormde Gemeente alhier, de eer UEd.-Acbtb. te berichtendat bij genoemd college geen bezwaar is gemaakt om genoemden heer de gevraagde continuatie te verleenen. Namens Diakenen voornoemd G. J. Coets, Voorzitter. C. C. Tieleman, Secretaris. Leiden, 2 October 1877. Voldoende aan UEd.-Achtb. uitnoodiging van dato 26 September 1877 no. 772, om te dienen van bericht en raad op het daarbij copieëlijk over gelegd verzoek van den heer J. L. A. Desertinevragende om herbenoe ming in zijne betrekking van stads-heelmeester, hebben Mrn. regenten van de R. C. Armen alhier, bij deze de eer te berichten Dat bij het Collegie geene bedenkingen tegen adressants verzoek bestaan en mitsdien de inwilliging er van bij den Raad der Gemeente aanbevelen. Mrn. Regenten voornoemd, De PresidentC. H. Van den Bebgh. De Secretaris, A. G. Hessels. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. Leiden, 2 October 1877. Voldoende aan UEd.-Achtb. uitnoodiging van dato 26 September 1877, no. 771, om te dienen van bericht en raad op het daarbij copieëlijk over gelegd verzoek van den heer dr. C. Ter Laag, vragende om herbenoeming in zijne betrekking van stads-geneesheer, hebben Mrn. regenten van de R. C. Armen alhier bij deze de eer te berichten Dat bij het Collegie geene bedenkingen tegen adressants verzoek béstaan en mitsdien de inwilliging er van bij den Raad der Gemeente aanbevelen. Mrn. Regenten voornoemd, De PresidentC. H. Van den Beegh. De Secretaris, A. G. Hessels. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden. Op de hun in afschrift toegezonden verzoekschriften onder no. 772, der heeren J. L. A. Desertine en C. Ter Laag, daarbij het verzoek tot u rich tende, om beide in hunne respectieve stedelijke betrekkingen gecontinueerd te wordenadviseeren Arm verzorgers der Nederlandsche Israëlietische Gemeente, dat het hun genoegen zoude doen, dat het verzoek van beide heeren inge willigd wierde. Armverzorgers der Nederl. Israël. Gemeente te Leiden, Leiden, 8 October 1877. J. A. Goudsmit, Voorzitter. Aan den Gemeenteraad van Leiden. S. A. Andbeson Secretaris. N°. 333. Leiden, 11 October 1877. Wij hebben de ëer aan Uwe Vergadering aan te bieden de navolgende voordrachtopgemaakt] in overleg met den districts-schoolopziener en deu betrokken hoofdonderwijzer, ter vervulling der vacante betrekking van on derwijzer 2de klasse [aan de openbare school n°. 1 voor minvermogenden op eene jaarwedde van ƒ700, te weten 1°. Gerrit Gesink te Arnhem, en ter aanvulling 2°. Willebrord Willebrordse Schipper en 3°. Simon IJzak Stoel, beiden alhier. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1877 | | pagina 2