216 De heet De Laat de Kanteb. De vorige spreker ziet over het hoofd de woorden: 'tegen contante betaling." Als het water toevloeit kunnen de concessionarissen niet, tenzij zij de pijpen afbreken, beletten dat het water in de huizen wordt gevoerdmaar wel kunnen zij het debiet aan de stand pijpen staken. Dit nu wordt bij dit artikel verboden. De heer Bijleveld. Ik wil gaarne aannemen dat het aan mij ligt maar ik moet toch bekennen dat door de opheldering, die ik zooeven heb ontvangen de zaak mij niet duidelijk is geworden. Mijn bezwaar is niet weggenomen door de opmerking van den vorigen geacbteu spreker, dat het geldt het debiet 'tegen contante betaling". Men bedoelt te verbieden het ophouden van leveren, indien contant betaald wordt. Maar waarom moeten er dan bijstaan de woorden»het voorhanden zijnde en telkens toevloeiende water"? De heer De Laat de Kanteb. Als de rechtsgeleerde heeren tegen het weglaten -van die woorden geen bezwaar hebben, is het mij ook onver schillig. De Voobzitteb. Derhalve worden de woorden 'voorbanden zijnde en telkens toevloeiende" uit het artikel genomen. De heer Debcksen. Ook dan nog heb ik een bezwaar tegen dit artikel. Ik geloof niet dat de Baad al te moeielijk wenscbt te zijn in zaken van redactie. Maar toch al te vreemd mag het daarmede niet uitzienen wan neer ik nu het artikel goed begrijp, dan staat er eigenlijk dat de adminis tratie der duinwaterleiding niet het debiet zal mogen staken tegen contante betaling. Als de Wethouder van Fabricage doorleest, zal hij dit moeten avoueeren. Indien men het woord 'tegen contante betaling" achter het woord 'debiet" plaatste, zou de bedoeling beter worden uitgedrukt. Nu staat er dat de concessionarissen wel het debiet mogen stakenmits dit maar niet geschiede tegen eenige contante betaling. De heer De Laat de- Kanteb. De concessionarissen zijn volkomen ge rechtigd de levering aan de standpijpen te staken, als zij niet contant worden betaald. De heer Deboksen. Dit staat niet in het artikel. Er staat dat zij niet zullen mogen staken het debiet tegen contante betaling: Als de redactie luidde »het debiet, tegen contante betaling, van het water mogen staken" dan ware de bedoeling duidelijker. De Voobzitteb. Maakt gij er een amendement van? De heer Debcksen. Ja. Ik stel voor achter het woord debiet" te plaatsen «tegen contante betaling, van het water." De heer Goudsmit. Ik zou nog vele aanmerkingen op de redactie van het contract kunnen maken. Zij is zoo slordig dat er uren tot verbetering zouden vereischt worden. Het ware te wenschen dat stukken van Burg. en Weth. uitgaande beter gestileerd en meer nauwkeurig gesteld voor den dag kwamen. Het woord «debiet" b. v. in dit artikel drukt het denkbeeld niet juist uit. Men bedoelt klaarblijkelijk «levering." Doch indien de heeren concessionarissen chicaneeren wilden, zouden zij wel eens kunnen beweren dat men wel enkele keeren zoude mogen leveren, als men maar niet op den duur debiteert. Ik zou liever lezen«concessionarissen zullen onder geen voorwendsel hoegenaamd de levering van water staken behalve ingeval van niet-betaling." De Voobzitteb. Het voorstel van den heer Dercksen om te lezen «de biet, tegen contante betaling" kunnen wij wel overnemen. Nu wenscht de heer Goudsmit te lezen: «concessionarissen zullen onder geen voorwendsel hoegenaamd de levering a contant van het water mogen staken," enz. De heer GouDsmit. Niet levering a contant, maar levering tegen betaling. De heer De Laat de Kanteb. «Concessionarissen zullen onder geen voorwendsel hoegenaamd de levering, tegen contante betaling, van het water mogen staken." Indien het tot verkorting kan strekken der discussie heb ik geen bezwaar die redactie over te nemen. De Voobzitteb. Het amendement van den heer Goudsmit wordt over genomen door Burg: en Weth. Aldus gewijzigd wordt het artikel goedgekeurd. Art. 15. De heer Bijleveld. In de laatste alinea van dit artikel wordt gezegd «Herstellingen, die meer dan vier en twintig uren vorderen, mog"en niet worden aangevangen dan in overleg met Burg. en Weth." Als dat «overleg" niet meer beteekent dan eene bespreking, onderhandeling, wisseling van gedachten, onverschillig of daardoor overeenstemming ontstaat, zoo geloof ik, dat de bepaling geen practisehe waarde heeftwant zelfs dan als Burg. en Weth. meenen dat overwegende bezwaren tegen de verlangde werkzaam heden bestaanzullen zij die niet kunnen beletten. Bedoelt daarentegen «overleg" dat overeenstemming moet zijn ontstaan, zoo zou ik willen voor stellen in plaats van de woorden «in overleg met" te stellen «met toe stemming van". De heer De Laat de Kanteb. De bedoeling blijkt duidelijk uit de vorige alinea. Daar wordt geregeld de wijze waarop het publiek kennis krijgt, indien het water tijdelijk niet kan worden toegevoerd, ten einde de ingezetenen zich vooraf zullen kunnen voorzien van water. Daarop volgt dan deze alinea die zegt: «Herstellingen, die meer dan vier en twintig uren vorderenmogen niet zonder overleg met Burg. en Weth. worden aangevangen." Het slaat dus op de maatregelen genomen ter verzekering van de belangen van het publiek. De heer Bijleveld. Dan zie ik het nut van deze bepaling niet in. De heer De Laat de Kanteb. Ik heb er geen bezwaar in als men het woord «overleg" door «goedkeuring" wil vervangen. Het artikel heeft alleen ten doel waarborgen te verkrijgen in het belang van het publiek. De Voobzitteb. Derhalve wordt de wijziging, door den heer Bijleveld aangegevenovergenomen. Art. 15 wordt, aldus gewijzigd, zonder stemming goedgekeurd. Artikel 16. De heer Cock. Ik heb geen bezwaar tegen den hoofdinhoud van dit artikel, maar wel heb ik bezwaar tegen den vorm, die, naar ik vrees, ons voor de toekomst zal bindeD. «Door den Gemeenteraad wordt een Commis- HANDD OEM 1876. saris benoemd die toezicht houdt." WijGemeenteraad van Leidenver binden ons dus bij dezewillen wij het contract uitvoerbaar makeneene nieuwe betrekking te creëeren van Commissaris. Dat is wellicht zeer goed maar het is ook mogelijk dat men later zal oordeelen dat het beter is eene Commissie te benoemen. Ik laat thans geheel buiten overweging de vraag, wat van de beiden het beste zal zijn. Dit is eene zaak vau later zorg. Alleeu wensch ik ons nu de volle vrijheid te reserveeren om niet één Com missaris, maar eene Commissie te mogen benoemen. Keuren wij dit artikel onveranderd goeddan zijn wij gebonden één Commissaris te benoemen. Dat vind ik niet goed. Ik stel dus voor te lezen«één Commissaris of eene Commissie." Verder herhaal ik, dat ik de vraag: wat beter is, eene Com missie of een Commissaris, thans geheel buiten beschouwing laat. De heer De Laat de Kanteb. Ik geloof dat de concessionarissen even zeer als de heer Cock gesteld zijn op zekere mate van vrijheid. Die vrij heid nu zou zeer beperkt wordenals zij te doen zouden krijgen met eene Commissie. Ik moet daarbij in herinnering brengen wat in de vergadering van 13 Juli jl. is voorgevallen. In de voorwaarden welke toen behandeld werdenwas de bepaling opgenomen datingeval de concessionarissen de concessie overdroegen aan eene Vennootschap, door den Gemeenteraad een Commissaris zou worden benoemd. Daartegen werd geen bezwaar gemaakt alleen heeft de heer Bijleveld toen de zeer juiste opmerking gemaakt, dat wel voorzien was in het toezicht voor het geval dat de concessie werd over gedragen aan eene Vennootschap, maar dat dit toezicht niet was geregeld indien concessionarissen zeiven de exploitatie op zich namen. Het Dage lij ksch bestuur werd daarop uitgenoodigd bij de redactie der definitieve voor waarden daarop te letten. Dit nu is geschied. Tegenover de concessiona rissen gaat het m. i. niet aannu (terwijl toen met geen enkel woord gerept is van eene Commissie) het toezicht aan eene Commissie op te dragen. Wij zijn die opmerking zij mij in het algemeen geoorloofd volkomen vrij deze voorwaarden af te stemmen, als ze ons niet aannemelijk voorkomen, maar wij kunnen niet naar willekeur alle mogelijke veranderingen daarin brengen. Ik geloof dat er groot bezwaar bij heeren concessionarissen zou bestaan tegen een besluit om eene Commissie van toezicht in plaats van een Commissaris aan te stellen. Wij weten het toch allenhoe meer hoof denhoe meer zinnen! Bovendien het Dagelij ksch Bestuur is daar om ten aanzien van de nakoming van onderscheidene artikelen toezicht te houden. Ik acht het dus zeer gevaarlijk nu de vrijheid te nemen die de heer Cook verlangt. De heer Cook. Ik wensch even te repliceeren op hetgeen de geachte Wethouder van Fabricage in het midden heeft gebracht. Ik kan mij ter nauwernood verbeelden dat de heeren concessionarissen meer bezwaar zouden hebben tegen eene commissie van toezicht (mits niet te talrijkhoogstens van drie leden) dan tegen een commissaris. Het spreekt toch van zelf dat door den Gemeenteraad niet anders zullen benoemd worden om toezicht uit te oefenen dan fatsoenlijke menscheD. En nu heb ik liever te doen met drie fatsoenlijke menschen dan met één. Zij zien beter toe dan een. De concessionarissen van hunne zijde hebben zoodoende ook meer waar borgen, daar als een zich vergist, er nog twee anderen zijn om hem tegen te houden. Er is echter een argument door den heer De Kanter gebezigd dat meer bij mij zou kunnen wegen. Hij gaf te kennen dat de concessionarissen gesteld zijn op één commissaris. Hij zeide daar straks zeer terechtvergeet niet dat wij wel veranderingen in deze voor waarden kunnen makenmaar niet verzekerd zijn of concessionarissen die zullen goedkeuren. Die redeneering is alleszins juist. Ik wil wel beken nen dat ik mijnerzijds prijs stel op de toestemming van concessiona rissen. Daarom wensch ik den Wethouder van Fabricage categorisch af te vragenof hij positief kan zeggen dat heeren concessionarissen niet ver langen eene commissieof zij tegen eene commissie zijn en bepaald voor een commissaris. Zoo mij die verzekering wordt gegevenzal dit voor mij eene reden zijn om mijne stem omtrent dit artikel nog eens te overwegen. Zoo ik echter niet de verzekering ontvang, dat het de uitdrukkelijke wensch is van heeren concessionarissen, zoo er dus geen ernstig gevaar is, dat zij op dien grond de goedkeuring van dit contract zullen weigerenwensch ik te handhaven de vrijheid van dezen Baad om later te zien of aan eene commissiedan wel aan een commissaris de last zal worden opgedrageu. De heer De Laat de Kanteb. Ik kan niet positief zeggen dat de concessionarissen eene conditio sine qua non maken van de benoeming van eene commissie. Maar wel kan ik verklaren dat hun oordeel is uitgelokt over dit ontwerp, dat daarover besprekingen zijn gevoerd, met het doel zooveel mogelijk aan de van weerszijden gemaakte bedenkingen tegemoet te komen. De bepaling dat een commissaris door den Gemeenteraad zou worden* benoemd was hun dus ook bekend. Indien zij nu liever eene com missie hadden gewenschtzouden zij dit zeker hebben te kennen gegeven evenzeer als ?ij dit hebben gedaan ten aanzien van andere voorgestelde bepalingen. Daar dit niet is geschiedgeloof ik dat zij bepaald een com missaris wenschen. De heer Cock. Na het antwoord, door den heer De Kanter op de door mij gedane vraag gegeven, handhaaf ik mijne straks geuite opinie, en wensch ik aan den Baad zijne vrijheid voor te behouden. De Voobzitter. Wordt het amendement van den heer Cock ondersteund De heer Goudsmit. Ik zou den heer Cock in bedenking willen geven om de woorden «een Commissaris" te vervangen door «een of meer Com missarissen". Misschien zien 'concessionarissen tegen eene «Commissie" op. De heer Cock. Ik neem die wijziging gaarne in mijn amendement over. De heer Debcksen. Ik wenschte den Wethouder van Fabricage te vragen of bij ook bezwaar heeft tegen de vervanging van de woorden«die toe zicht houdt" door de woorden«die er op toeziet". Ik wil niet al te puris tisch zijn, maar waar men en passant de redactie verbeteren kan is dit, mijns inziens, wel wenschelijk. De heer Cock. Ik wensch te herhalen, dat ik verklaard heb, over te nemen de redactiewijziging vnn mijn amendement, voorgesteld door den heer Goudsmit. De Voobzitteb. Dus stelt de heer Cock als amendement voor den aanhef van het artikel te lezen: «Door den Gemeenteraad worden een of meer Commissarissen benoemd" enz.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1876 | | pagina 5