200
belangen van de ingezetenen het vorderenniet alleen zorgen dat de winst
behoorlijk inkomemaar mij wenschen te verzekeren dat de winst niet al
te zeer ten koste van de gasverbruikers wordt verkregen. Ik kan mij zelfs
begrijpen, dat bij zoodanig premiestelsel er oogenblikken zouden kunnen
komenwaarin ik het bestuur zou wenschen toe te roepensur tout point
de zêle", en zou daarom althans geen winst ten laste der gasverbruikers
willen uitkeeren aan hem, die bet in zijne macht heeft meerdere of mindere
winst te maken. Ik zou het gaarne* zien neerkomen op die wijze van be
heer, als de verbruikers van eene gemeente (meer nog dan van eene par
ticuliere fabriek) alleszins mogen verwachten. Ik wensch dus de percents
gewijze belooning in het voorstel te doen vervallen.
De heer Van Itekson. Dit artikel bepaalt dat aan de fabriek werk
zaam zal zijn een directeur op eene jaarwedde van 3000 en een aandeel
in de winst der exploitatie-rekening. Ik moet bekennen dat mij die phrase
onduidelijk voorkomt, in zooverre mij niet helder voor den geest staat, wat
men onder winst eener rekening te verstaan heeft. De winst wordt m. i.
niet verkregen door de rekening; maar door het drijven der zaak. Indien
deze bepaling behouden wordtzou ik in overweging willen geven liever
te spreken van een aandeel in het saldo der exploitatie; met weglating van
het woord "rekening". In ieder geval gaat "winst van de rekening" m. i. niet
aan. Men zou ook "batig saldo" kunnen zetten.
De heer Van Heukelom. Ik wilde ook zeggen dat ik tot mijn leed
wezen tegen deze bepaling benalleen juist wegens het aandeel in de
winst. Ik wil hier nu niet twisten over het al of niet verstandige en voeg
zame om iemands ijver te prikkelen tot het doen van zijn plicht, door hem
te laten deelen in de te behalen winsten; maar mijne zwarigheid ligt
daarin dat wij niet weten wat winst is. Ik heb hier hooren spreken van
winst op het bedrijf-kapitaal, ook van winst als saldo der exploitatie. Wat
is nu winstwaarvan men percenten wil uitkeeren P Hadden wij het voor
stel van den heer Scheltema aangenomen dan wisten wij ten minste wat
men onder winst verstaat. In deze onzekerheid meen ik dat wij het aan
deel in de winst er buiten moeten laten.
De heer De Fbemery. De heer van Iterson heeft bedenkingen tegen
de omschrijving van artikel 5 der verordening en meent dat jiet meer
rationeel is omin plaats van een aandeel in de winst der exploitatie
rekening, te stellen het woordje »saldo", of beter nog "batig saldo". Ik geloof
dat, of de eene of de andere omschrijving in de verordening wordt opge
nomen, de uitkomst steeds dezelfde zal zijn. Het woordje "winst" kan niet
anders beduiden dan winst op de exploitatie-rekening, zoo als die gedurende 28
jaren is verkregen door de gasfabriek want inderdaad wijkt ons voorstel in geen
enkel opzicht af van de tot nu toe gevolgde regeling. De heer Van Heu
kelom verklaarde zich er tegen, omdat hem de omschrijving niet duidelijk
is. Wellicht, en ik hoop dit, kan de nadere explicatie, door mij gegeven,
hem eenige zekerheid geven en hij daardoor vrijheid vinden voor het
artikel te stemmen. Nu is evenwel een zeer afwijkend voorstel gedaan door
den heer Eigeman, diena de redenen te hebben aangegeven welke hem
geleid hebben tot het voorstel om geen aandeel in de winst meer te ver
zekerenhet tractement van den directeur wil bepalen op ƒ3500, met
vrije woning, vuur en licht. Het is altijd onze eindwensch geweest tot
dergelijke regeling te komen, maar toen door Commissarissen, voor de be
noeming van den nieuwen directeur, eene wedde is voorgesteld van 2200
en eene toelage van 3 pCt. van de winst, meenden wij dat eene afwijking,
als nu is voorgesteld, te groot zoude zijn, en daarom hebben wij toen
voorgesteld, om in plaats van 10 pCt.zooals tot dien tijd genoten was,
slechts 3 pCt. toe te kennen. Thans gaan wij een stap verder en stellen
slechts I pCt. voor, omdat nu niet meer zal worden afgetrokken het be
drag dat de gemeente voor hare straatverlichting betaalt. Terugkomende
op het voorstel, dat zoo ik meen in zekeren zin ook beaamd werd door
den heer Dereksenkan ik mededeelen dat het Commissarissen zeer aange
naam zal zijn als dergelijk besluit thans genomen wordt. Dan behoeft er
later niet op te worden teruggekomen en is de zaak voor goed geregeld.
De eenige bedenking, doch zij zal wel niet overwegend zijn, is, dat de
woning niet dadelijk verschaft kan worden en de direcieur dus geduld zal
moeten hebben tot dat de woning gereed zal zijn. Intusschen zou de be
looning zooals zij is voorgedragen kunnen worden vastgestelden daarbij
het uitzicht op vrije woning enz. worden gegeven.
De heer Hartevelt. Mijnheer de Voorzitter! Mij dunkt dat tot het
aanschaffen van vrije woning enz. moeielijk thans een besluit kan worden
genomen. Er is daaromtrent geen voorstel aanhangig. Alleen hebben Com
missarissen in der tijd de wenschelijkbeid uitgesproken, dat er aan de
fabriek eene woning voor den directeur zijn zoudewij zijn dus allerminst
hierop voorbereid, en moeten ons, naar mijn inzien, heden eenvoudig
bepalen tot de vaststelling van de tractementen. Ook ik zoude gaarne
zien dat iedere percentsgewijze belooning voor den directeur wegviel
er is meer tegen dan voor te zeggen. Het vaste tractement van den
directeur zoude gevoegelijk op ƒ3500 'sjaars kunnen worden gebracht;
hiertoe zal ik ook mijne stem geven.
De heer Eigeman. Misschien heb ik mij niet duidelijk uitgedrukt. Ik
heb gezegd: zoolang de woning niet bestaat, stel ik voor dat het tracte
ment van den directenr bepaald worde op 3500 in eens, en dat, wanneer
eenmaal de woning gebouwd zal zijnhet tractement zal teruggebracht
worden op ƒ3000, met genót van vrije woning, vuur en licht. Zóó moet
men mijn voorstel beschouwen.
De heer Debcksen. Mijnheer de Voorzitter! Ik wensch even met een
enkel woord de meening tegen te spreken, als zoude ik het voorstel van
den heer Eigeman eenvoudig hebben ondersteund. Ik heb voor eigen reke
ning gesproken. Ik heb gezegd dat ik een evenredig deel in de winst
afkeur, maar ben daarom nog niet geneigd mede te gaan met het voorstel
om de jaarwedde op ƒ3500 vast te stellen. Jaren lang, toen de heer
De Timmerman directeur der gasfabriek washeb ik het tractement van den
directeur, in evenredigheid met de bezoldigingen van de andere ambtenaren,
zeer hoog gevonden. Het ligt echter niet in mijn stelsel ooit verkregen
rechten te schenden of aan personen, die op zeker inkomen rechtmatig aan
spraak maken dit te betwisten. Toen de tegenwoordige directeur benoemd
werd, heb ik voorgesteld zijn tractement te brengen op 3000zonder aan-
deel in de winst. De directeur is niet benoemd met zekerheid een tracte
ment te krijgen met bijvoeging van de aandeelen der winsten er bestaat
dus geen enkele reden om van mijn gevoelen terug te komen. Ik acht
zijne betrekking niet meer en niet gewichtiger dan die van den gemeente
ontvanger en den secretaris, en zou hem niet hooger willen beloonen met
hem een prikkel voor vlijt te geven door een aandeel in de winst. Ik acht
het voor die drie ambtenaren even onnoodig. Ik zou dus eenvoudig willen
voorstellen in artikel 5 te doen vervallen de woorden"en een aandeel in
de winst der exploitatie-rekening", en dus ook eenigszins afwijken van het
voorstel van den heer Eigeman, die wel opheffing der percentagemaar ook
een hooger bedrag der bezoldiging wil.
De heer Goudsmit. Ik voor mij moet mij ook verklaren tegen een
evenredig aandeel in de winst. Het is waar, de gasfabriek levert ruime
winsten op en deze vloeien in de gemeentekas, maar aan de andere zijde
is het evenzeer waar, dat de gasfabriek oorspronkelijk niet is opgericht om
dat doel te bereiken, doch veeleer om de burgers op doelmatige wijze licht
te verschaffen. Geeft men nu den directeur een aandeel in de 'winsftzoo
zouden er wel eens kunnen zijn die vreezen dat de zaak zal gaan als met
pachters der belastingen, die, in hun eigen belang handelende, zich niet
altijd vrij hielden van vexatien van de belastingschuldigen en opdrijving
van de belasting zelve. Ik zal niets zeggen van den tegenwoordigen direc
teur, maar de directeur als zoodanig moet bij deze eigenaardige exploitatie
een onpartijdig tusschenpersoon zijn, aan de eene zijde bevorderende de
financieele belangen der gemeente, aan de andere zijde zorg dragende dat
de burgerij verkrijge wat haar naar billijkheid toekomt. Ik zou dus niet
gaarne den directeur een prikkel willen geven om de winst te verhoogen
ten nadeele der ingezetenen. Daarbij moet ik voegen dat de zaak geheel
anders was bij de oprichting van de fabriek. Niemand heeft zich toen
zulke exorbitante winsten voorgesteld. Niemand wist hoe de zaak marcheeren
zou. Toen dus was een prikkel gerechtvaardigd, om de gasfabriek zoo
lucratief mogelijk te maken. Maar nu er een gevestigde toestand bestaat
en men nagenoeg a priori kan berekenen wat de fabriek jaarlijks zal ople
veren, zie ik geene noodzakelijkheid meer om den directeur aandeel in de
winst te geven. Hij behoort te worden gelijk gesteld met alle andere
gemeenteambtenaren, en niet meer te zijn een vennoot, die winsten zou
kunnen trekken ten nadeele der burgerij, tot handhaving van wier belangen
hij niet minder geroepen is, dan tot slijving der gemeentekas. Meent men
dat het salaris van den directeur niet hoog genoeg is naar evenredigheid
van zijne werkzaamhedende vraag zoude kunnen zijn of het voor geene
verhooging vatbaar ware; maar ik kom alleen op tegen het aandeel in de
winst, omdat ik geloof dat het niet alleen niet noodigmaar schadelijk is,
en vooral nu de stadsverlichting niet meer wordt afgetrokkenzal het
natuurlijk zijn belang zijn ons minder licht en zich zelf meer voordeel te
verschaffen. Wat het tractement zelf betreftdaaromtrent heb ik nog geene
gevestigde opinie. Oppervlakkig zou ik hem op eene lijn willen stellen
met den ontvanger, maar ik moet erkennen dat hij wellicht meerdere werk
zaamheden te verrichten heeft. Dit punt nu kan een punt van beraad
slaging zijn, maar ten stelligste zal ik mij blijven verklaren tegen het
aandeel in de winst.
De heer Van der Lith. Ik heb het woord genomen om mijne inge
nomenheid te kennen te geven met hetgeen de heer Goudsmit heeft gezegd.
De heeren zullen zich herinneren dat ik bij eene vroegere gelegenheid, waar
het ook gemeente-ambtenaren goldmij verklaard heb tegen het stelsel om
door het verleenen van eene percentsgewijze belooning de ambitie op te
wekken. Zoo is ook hier het geval. Een ambtenaar, die een vaste bezoldi
ging geniet, moet zijn plicht betrachten. Geene kunstmatige middelen
moéten worden te baat genomen om dien plicbt te doen vervullenbij verzuim
behoort hij bestraft te worden. Daarvoor bestaat het toezicht. Die prikkel
zalnaar mijne meeningleiden tot minder goede gevolgen. Van daar dat
ik mij zeer gaarne zal voegen bij het voorstel om het tractement op eene
vaste som te brengen. Ik zou echter niet gaarne meegaan met bet voorstel
van den beer Dereksen, om namelijk het tractement van den directeur op
3000 vast te stellen. Daardoor toch zou deze ambtenaar op veel slechter
conditiën komen dan nu. Van daar dat ik gaarne meega met het voorstel
om dien ambtenaar een vast tractement van ƒ3500 toe te kennen.
De heer Du Bieu. Ik zou mij met een tractement van 3500 zeer goed
kunnen vereenigen.
De heer De Fremery. Ik wensch nog mede te deelen, dat door den
directeur der gasfabriek over 1875 genoten is ƒ3614.29. Wanneer nu ook
andere leden zich vereenigen met het denkbeeld van den heer Dereksen
vind ik het voorstel, om het tractement op ƒ3500 te bepalen, zeer gewettigd.
Bovendien zal men dan later aan den directeur kunnen toekennen het genot
van vrije woningal wordt dit vooralsnog niet in de verordening omschre
ven omdat dit niet alleen in het belang is van den directeur dat in de
laatste plaats in aanmerking komt maar vooral voor de gemeentein wier
belang het is dat hij, die met het toezicht is belast, ook zooveel mogelijk
bij de zaak aanwezig zij. Ik zou dus wenschen dat, bij aanneming van het
voorstel tot vaststelling van het tractement op ƒ3500, daarnevens uitzicht
werd gegeven dat te zijner tijd omtrent de woning een voorstel aan den Baad
zal worden onderworpen.
De heer Dercksen. Ik wensch alleen te verklaren dat ikhoewel ik
later voor het toekennen van het genot eener vrije woning zou kunnen
zijnthans meen alleen te moeten handhaven het denkbeeld om te doen
wegvallen het aandeel in de winst der exploitatie-rekening. Dan kan ik
mij later met te meer gemak voor het geven van vrije woning verklaren.
De heer De Fremery. Ik moet nog even opmerken dat daartegen eenig
bezwaar bestaat. Wanneer de verordening is goedgekeurd, zal zij onmiddel
lijk in werking tredenen nu geloof ik niet dat bet in de bedoeling kan
liggen om de tractements-bepaling van ƒ3500 reeds voor dit jaar toe te
passen.
De heer Dercksen. Wie zegt u dat dit een volgend jaar niet ƒ2600
in plaats van f 3IJ00 zal bedragenals wij het tractement onveranderd
laten
De heer Goudsmit. Het voorstel kan zóó niet in beraadslaging komen
tenzij men het in verband brenge met de verhooging van het tractement.