Hoe, waar en wanneer zal die warmtegraad geconstateerd worden? Ik ge loof dat het beste zal zijn het aan de beslissing van den Burgemeester over te laten. De heer Habtevelt. Juist om de reden, door den vorigen spreker ge noemd, moet men het, mijns inziens, aan de hoofdonderwijzers overlaten. Zij zijn in de localen aanwezig, of kunnen er althans zijn, en weten dus veel beter te beoordeelen welke warmtegraad er heerschtdan de Burgemeester die er niet is en niet zijn kan. Ook zijn alle scholen niet op eenc lijn te plaatsen; in de eene school zal het veel spoediger benauwd warm zijn, dan in de andere. De heer Van deb Lith. Het voorstel van de Plaatselijke Schoolcommis sie zalals ik het wel hebniet aan de verwachting van den heer Harte- selt voldoen. Het strekt toch niet om de hoofdonderwijzers de bevoegdheid te geven op zekeren warmtegraad de school te sluiten maar om hen daartoe de verplichting op te leggen. Ik zou het in deze meer met den heer Hartevelt eens zijn,,en wenschte wel in plaats van het woord «verplicht" te lezen «bevoegd". De heer Goudsmit. In deze zaak slecbt9 de bevoegdheid te geven en niet eene verplichting op te leggen, zou, naar mijn inzien, nog al bezwaar hebben daar deze of gene hoofdonderwijzer, minder gevoelig aan de warmte dan de ander, den toestand niet zoo erg zou inzien en met het geven van onderwijs voortgaan ten nadeele van de gezondheid der kinderen. De heer Vebsteb. Ik zie geen bezwaar om het geven van vacantie in buitengewone gevallen aan de prudentie van den Burgemeester over te laten. Met liet voorstel dei- Plaatselijke Schoolcommissie kan ik mij daar entegen moeielijk vereenigen. Immers volgens dat voorstel zal het hoofd der openbare school, zoo dikwijls de temperatuur aldaar tot 80 graden Fahren heit zal zijn gestegenverplicht zijn aan de leerlingen vacantie te geven. Nu geloof ik wel dat het de bedoeling isdie bepaling alléén gedu rende den zomer toe te passen maar dan dient dat uitdrukkelijk vermeld te worden. Want wanneer, b. v. door overmatig stoken, ook gedurende den winter zich bet geval voordeed dat do temperatuur in een schoollokaal tot 80 graden Fahrenheit steeg, dan zoude het hoofd der school ook dan verplicht zijn aan de leerlingen vacantie te geven. Ter wegneming van dit bezwaar zal het voorstel m. i. behooren te worden verduidelijkt. De lieer Le Poole. Ik moet ook verklaren dat ik in bet voorstel van de Plaatselijke Schoolcommissie geen quaestie van lèse-majeslé kan vinden. Konde ik mijzelven een oogenblik denken in de plaats van bet hoofd van het gemeentebestuurik zou met vreugd deze gelegenheid aangrijpen om dc verantwoordelijkheid van deze warmte-quaestie van mijne schouders af te werpen om die te leggen op de schouders van de hoofden der openbare scholen. Ik zal dus liet voorstel van de Plaatselijke Schoolcommissie onder steunen. Er is een temperatuur, waarin men niet met vrucht met het hoofd kan werken, en in die omstandigheid wensch ik de onafhankelijkheid der hoofdonderwijzers en hoofdonderwijzeressen te helpen handhaven. De heer Goudsrnit sprakhij zijne ondersteuning van het voorstelterecht van de gezondheid der kinderen. Dit geeft mij aanleiding bij deze gelegenheid de Plaatselijke Schoolcommissie in overweging te geven nog verder te gaan, enafgescheiden van de hitte op de scholeneen voorstel te doen tot ver mindering van de schooluren bij het uitgebreid lager onderwijs. Zeg ik te veel, als ik beweer dat het eene algemeene klacht is dat, op die scholen vooral de meisjes te hard moeten werken, en niet alleen op de school zelve, maar ook nog te huis met het huiswerk. Er blijft zoo doende te weinig gelegenheid voor eene geoorloofde uitspanningvoor gezonde lichaams beweging in de lucht; wel tracht men De Voorzitteb. Ik moet u doen opmerken, dat dit punt, hoe belang rijk ookthans niet aan de orde isen ik geef u in overweging, zoo noodig, daarop bij eene andere gelegenheid terug te komen. Ik zou vreezendat wij op dien weg voortgaande, ons te ver van ons onderwerp zouden ver wijderen. De heer Le Poole. Het voorstel betreft toch op dit oogenblik de ge zondheid der leerlingen, en door de Plaatselijke Schoolcommissie andere gezondheidsmaatregelen bij deze gelegenheid in overweging te gevenmeende ik niet zoover buiten de orde te zijn. De Voorzitter. Op dit oogenblik is alleen aan de orde de vraag: of aan de hoofdonderwijzers de bevoegdheid zal worden toegekend om vacantie te geven. De beer Goudsmit. Met den heer Le Poole wil ik zeer gaarne mede werken tot al wat strekken kan om de openbare school en het openbare onderwijs te verbeteren. Ik geloof ook, dat er rechtmatige klachten be staan over de uren van het onderwijs en bepaald over het huiswerk. Maar ik moet met den Voorzitter erkennen, dat liet onderwerpelijke punt op dit oogenblik niet aan de orde is, maar zeer goed bij eene volgende gelegen heid een onderwerp van discussie zal kunnen Uitmaken. De heer Le Poole. Het zij mij dus vergundde zaak verder ter over weging aan te bevelen. De heer Van deb Lith. Als wij ons nu vereenigen met het voorstel der Plaatselijke Schoolcommissie, wil dat dan zeggen, dat besluten is in dien geest de verordening te wijzigen? Maar het kon zijn dat hieromtrent verschil van meening bestond, en dat de een eene bevoegdheid wilde zien toegekendwaar een ander eene verplichting wilde hebben opgelegd. Is het mij geoorloofd een amendement op het voorstel der Commissie voor te stellen P Dan zou ik dat wel willen doen. Ik zou dan in overweging geven te willen lezen «bevoegd zijn", in plaats van «verplicht zijn". Dit amendement wordt door den heer Hartevelt ondersteund. De heer Van Hetuxqa Tromp. Ik zou het nog al gevaarlijk achten de zaak slechts te laten afhangen van het goedvinden van den onder wijzer. Als er eenc warmte van 80 graden heerscht, is het voor kinderen niet dan nadeelig; en om het dan maar aan den onderwijzer over te laten, of hij al dan niet hen naar huis zal zenden vind ik zeer bedenkelijk. Ik zou dus, in plaats van «bevoegd", veel liever «verplicht" willen lezen. De heer Van der Lith. Men zou, mijns inziens, de zaak gerust aan d« prudentie van den onderwijzer kunnen overlaten. Als hij zoo weinig hart .heeft voor de kinderen om. hunne gezondheid in de waagschaal te stellen dan toont hij ook geene geschiktheid te bezitten voor het onder wijs. Hij zal er van zelf wel toe overgaan vacantie te gevenzijn eigen belang zal wel van zelf aanleiding daartoe geven. Wij geven hem geen bevoegdheid, die in zijn nadeel is, maar zeer stellig in zijn voordeel, zoo dat wij niet voor eene bekrompen opvatting behoeven te vreezen. De heer Goudsmit. Ik geloof dat men de zaak niet moet overlaten aan de welwillendheid van den onderwijzer. Het gevoel van warmte heeft ook iets subjectiffs. De een kan er beter tegen dan de ander. En nu zou vermoedelijk het geval zich dikwerf voordoen dat de een vacantie geeft, de ander niet. En zoo zullen van de eene school de ouders, die gaarne hunne kinderen te huis haddenklagendat zij geen vacantie kre genen weer anderen die hen liever niet in huis hebben, dat hun vacantie is gegeven. Die ongelijke toepassing is zeker niet wenschelijk. Dr. Van Iterson dien wij het voorrecht hebben in ons midden te zienzal kunnen verkla rendat eene temperatuur van 80 graden hoogst nadeelig is voor een aantal kinderen, die zich bij elkander bevinden. Ik kan er althans bijvoegen, dat in onze commissie als lid zitting heeft een geacht medicus, die bepaald verklaard heeftdat 80 graden voor kinderen, in de school opgestapeld, ver derfelijk is. De Uecr Hartevelt. Eene warmte van 80 graden kan geconstateerd worden. Welk bezwaar bestaat er dus tegen, zoude men geneigd zijn te vragen, deze bepaling vast te stellen? Intussehen kan een warmtegraad van b. v. 78 graden al veel nadeel toebrengen; dit hangt af van de lokalen, al naarmate die meer of minder aan de eischen van eene goede ventilatie voldoen. De school van den heer Japikse b. v. is stellig luchtiger en fris- scher dan menige andere. Zou het dus niet beter zijn, het eenvoudig aan de prudentie van den onderwijzer over te laten of er al of niet vacantie zal moeten worden gegeven, tengevolge van drukkende warmte, of daaruit ontstane benauwdheid? Naar mijne overtuiging zal geen enkele onderwijzer hier ter stede lichtvaardig in de toepassing te werk gaan. Du heer Goudsmit. Het is geen warmtegraad in het algemeendien wij voorstellenmaar wij willenals op eene school eene warmte van 80 graden is, de verplichting hebben opgelegd daar vacantie te geven. Op iedere school bevindt zich een thermometer, en daarnaar zal men zich hebben te regelen. De heer Dercksen. Is nu het amendement van den heer Van der Lith behoorlijk ondersteund? Ik heb het alleen hooren ondersteunen door den heer Hartevelt. Het amendement wordt mede ondersteund door den heer Van der Zweep. De heer Dercksen. Nu het genoegzaam ondersteund is, verklaar ik stellig mijne stern te zullen uitbrengen zoowel tegen het voorstel der schoolcommissie als tegen het amendement. Ik acht het bezwaarlijk, na al hetgeen ik heb hooren ontwikkelen de zaak aan den hoofdonderwijzer over te laten en het geven van vacantie te doen afhangen van zijne subjectieve meening. Ik reken bet bezwaar van de schoolcommissie dan ook niet zoo gewichtig, aangezien de Burgemeester of wie hem vervangt wel altijd spoedig zal te vinden zijn. Maar bij keuze tusschen voorstel en araendement, zou ik veel liever verplichting zien opgelegd dan bevoegdheid gegeven. Immers, het laat3te zou zeer verschillend werken op de verschillende scholen; en de ééne onderwijzer zal allicht, indien hij denzelfden warmtegraad niet zoo belem merend voor zijn onderwijs beschouwtdat onderwijs voortzettenterwijl weer een ander, die met minderen ijver bezield is of slecht tegen de warmte kan, al spoedig de school zou sluiten. De heer Van Iterson. In den loop der discussie hebben zich langza merhand twee verschillende quaesties ontwikkeld. De eenewaarover in de ons voorgelegde stukken hoofdzakelijk gehandeld wordt, loopt over de vraag, wie zal bij een bepaalden warmtegraad in de school vacantie geven: de Burgemeester of de hoofdonderwijzer? De tweede quaestie luidt: zal er bij een temperatuur van 80 graden Fahrenheit vacantie gegeven worden, ja of neen? Dit laatste is, dunkt mij, de hoofdzaak. En daarbij schaar ik mij geheel aan de zijde van den heer Goudsmit, die mij als getuige heeft op geroepen. Het onderwijs bij zulk een hitte kan stellig geen vruchten dra gen en-de gezondheid moet lijden indien de kinderen langeren tijd daaraan zijn blootgesteld. Daarom zou ik gaarne willen, dat het voorschrift, om on der genoemde omstandigheden de school te sluitenimperatief werd gesteld. Aan wien dan verder de uitvoering wordt opgedragen dat is mij tamelijk onverschillig. Zou echter de eenvoudigste weg niet de beste zijn? De hoofdonderwijzer leidt in de school de temperatuur van zijn thermometer af. In den morgen tusschen 9 en 12 uur is de warmte dragelijk, ook 's mid dags oin 2 uur kan het nog goed gaanmaar als de school een poos ge vuld is, om half drie, drie uur, begint de thermometer de 80 graden te naderen. Zal de onderwijzer nu daarvan bericht zenden aan den Burge meester, of, bij afwezigheid van dezen, een der Wethouders doen opzoeken? Zou dan het kwaad niet reeds geleden zijn, als het verlof tot naar huis gaan in de school komt? Ik acht liet wenschelijk dat de onderwijzer dit verlof onverwijld zelf geve. Men heeft gemeend dat van deze bevoegdheid mis bruik zou kunnen worden gemaakt. Zeer zeker. Men kan de ramen geslo ten houden den thermometer vlak in de zon hangen enz.maar het school toezicht is daar om voor zulke misbruiken te waken, en men mag op wel willende en verstandige medewerking der hoofdonderwijzers rekenen. Boven dien zou zulk misbruik niet worden buitengesloten door de verplichting om eerst de toestemming van den Burgemeester te gaan vragen deze zou toch op de hem gegeven rapporten moeten afgaan en onmogelijk zelf de scholen kunnen rondgaan om zich van den warmtegraad te overtuigen. De heer Dercksen. Ik heb te veel vertrouwen in het hoofd van het Dagelijksch Bestuur om niet te vooronderstellen, dat zelfs bij eene tempe ratuur van 78 graden bevel tot sluiting kon worden gegeven, als dit hem wenschelijk voorkwam. De Voorzitter. Zou het dan toch maar niet het best zijn te verordenen dat, bij eene temperatuur van 80 graden, de hoofdonderwijzer zal verplicht zijn vacantie te geven? De lieer Goudsmit. Dat i3 juist wat de Commissie heeft beoogd, omdat de ondervinding leert, dat het andere stelsel tot moeiulijkheden aanleiding geeftals telkens de Burgemeester wordt opgezocht en diens tijd nutteloos geroofd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1875 | | pagina 2