grooting goed te keuren: de inkomsten op ƒ22318.50, de uitgaven op 22313.50, alzoo quite, bij het aan den voet der begrooting gedrukte besluit. c. liet Evangelisch Luthersch Wees- en Ondeliedenhuis. Zij heeft de eer u te raden het subsidie voor die instelling te bepalen op f 2100 bij bet voorschreven besluit en die begroating goed te keuren: de inkomsten op f 6701.74, de uitgaven op 6697.30, dus met een goed slot van 4.44bij het aan den voet der begrooting gedrukte besluiten v d. liet Nederlandsch Israëlitisch Armbestuur. Het subsidie voor dat bestuur raadt zij u op liet daarbij voorgestelde cijfer van ƒ382.50 te bepalen bij het meergenoemd besluit en de begroo ting goed to keuren: de inkomsten op 1250, de uitgaven op/1250, alzoo quite, bij het aan den voet dier begrooting gedrukte besluit. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°. 165. Leiden, October 1873. De Commissie van Financiën heeft de eer u te berichten op de in hare handen ten fine van bericht en raad gestelde bcgrootingen voor 1874 dei- navolgende niet-gesubsidieerde gemeente-instellingen van weldadigheid, dat zij deze heeft onderzocht en daarop bij haar geene aanmerkingen zijn voor gekomen, weshalve zij vrijheid vindt u te raden deze goed te keuren bij besluiten, waarvan het model aan den voet dier respectieve begrootingen voorkomt, als die van: 1°. het Eoomsch-Catholijk armbestuur, in ontvang ad 9562.91 in uitgaaf ad 9562.9 I j alzoo sluitende quite2°. het Gereformeerde Minne- of Arme Oude Mannen en Vrouwenhuisin ontvang ad ƒ11178.50, in uitgaaf ad-11178.50, alzoo sluitende quite3". Vrou wen Kraammoedcrsin ontvang ad ƒ2989.51, in uitgaaf ad ƒ2148:12! goed slot ƒ841.38J. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°. 166. Leiden, October 1873. De Commissie van Financiën heeft de eer u te berichten dat zij op de in hare handen ten fine van bericht en raad gestelde bcgrooting van het Werkhuis voor 1874 geene bedenkingen heeft, en daarom vrijheid vindt u te raden die goed te keuren: in ontvang ad ƒ36061.192, in uitgaaf ad f 36061.19alzoo sluitende quiteen het door deze administratie verlangde subsidie voor 1874 ad ƒ7000 uit de gemeentekas toe te staan bij een be sluit, waarvan het model hierbij gevoegd is. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiënenz. N". 16?. Leiden, 9 October 1873. Blijkens het hierbij gevoegd adres verzoekt Willem Brouwer een eervol ontslng tegen 15 November e. k., als hulponderwijzer aan de openbare lagere school n°. 1 voor minvermogenden. Wij hebben daarop ingewonnen het advies van den hoofdonderwijzer der betrokken school, hetwelk hierbij wordt overgelegd en waarmede wij ons vereenigen. Wij nemen alzoo de vrijheid u dienovereenkomstig te raden, den adressant het gevraagd ontslag tegen gemeld tijpstip eervol te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden/ 6 October 1873. Edelaohtb. Heeren. Ten gevolge van mijne benoeming tot hoofdonderwijzer aan de 2de open bare school in de gemeente O. en W. Barendrecht, heb ik de eer hierbij tegen 15 November e. k. eervol ontslag te verzoeken uit mijne betrekking als hulponderwijzer aan de school n°. 1 voor minvermogenden. Aan den Edelachtb. Kaad UEdachtbs. dv. dienaar, der Gemeente Leiden. W. Brouwer. Leiden, 8 October 1873. Ter voldoening aan uwe apostille van den 7en dezer heb ik de eer u te berichtendat de hulponderwijzer W. Brouwer gedurende den korten tijd, dien hij aan mijne school werkzaam was, zich door ijver en nauwgezette plichtsvervulling heeft onderscheiden. Daarom raad ik u hem bet gevraagd eervol ontslag te verleenen op den door hem begeerden datum. Den Heer Burgemeester De hoofdonderwijzer der Gemeente Leiden. der openbare school n°. 1 voor minvermogenden A. Van der Harst. N°. 168. Leiden, 9 October 1873. In uwe vergadering van 29 Mei jl.werd ten behoeve van de oprichting cener infirmerie aan het rijk afgestaan een gedeelte van de landerijen der Vereenigde Gast- en Leprooshuizen buiten de Morschpoort, kadastraal be kend gemeente Oegstgeest, sectie E, nommers 832 en 833, ter grootte van ongeveer 48 aren, voor een bedrag van 3024, waarop dit perceel was getaxeerd. Sedert is een aanvang gemaakt met de voorbereidende werkzaamheden en is het bij nadere overweging aan de militaire autoriteiten voorgekomen, dat voor de oprichting van ecne aan alle redelijke eischen voldoende infirmerie met tuin do gehecle uitgestrektheid van bovenvermelde perceelengroot 1 hec tare, 28 aren en 72 centiaren zoude worden vereischt, waarop wij deze in haar geheel hebben doen taxeeren en daarbij is de waarde geschat op een bedrag van ƒ6200, of ruim ƒ48 per are. Blijkens een onlangs ontvangen schrijven van den heer Kapitein eerstaan wezend Ingenieur te 's Ilage is ZE. de minister van oorlog genegen voor schreven terrein voor deze som aan te koopenvermeerderd met de kosten van overdracht, die, vermits de rechten der registratie door het rijk worden gedragen, op hoogstens 10 kunnen worden geschat, zoodat de koopsom op ƒ6210, zal behooren te worden vastgesteld. Wij zien er geen bezwaar in u in overweging te geven aan het verlangen van den heer minister te vol doen en alzoo tot de overdracht tegen voorschreven bedrag te besluiten. Het is, onzes inziens, voor dc gemeente van liet meeste belang te achten, dat ten behoeve van het garnizoen eenc behoorlijke infirmerie worde opge richt en voor dit doel is de aangewezen grond bij uitnemendheid geschikt. Bovendien zoude, nu reeds het zuidelijk gedeelte van de bovenbedoelde per ceelen aan het rijk is afgestaan, het bezit van het overblijvend gedeelte voor de gemeente van geen noemenswaardig belang zijn. Ingeval uwe vergadering overeenkomstig ons voorstel mocht besluiten dan vervalt uit den aard der zaak de noodzakelijkheid om het noordelijk ge deelte van perceel n°. 832 door overbrugging van de Singelsloot met den Singelweg te verbindenwaarvan de kostengeraamd op ongeveer ƒ400 krachtens het bovenaangehaald raadsbesluit door het rijk zouden worden gedragen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. N°. 169. Leiden, 9 October 1873. De firma Wed. Van. Haansbergen en Dutilh heeft zich tot uwe vergadering gewend, met verzoek cene bergplaats voor petroleum te mogen oprichten op het zoogenaamde Eaamland, onder de gemeente Leiderdorpbuiten de voor malige Marepoort, naast het bestaande petroleum-pakhuis en daaraan geheel gelijkvormig. De Commissie van Fabricage, wier rapport met het adres en het daarne vens gevoegd extract uit het kadastrale plan hierbij wordt overgelegdad viseert tot inwilliging van het verzoek en stelt mitsdien voor om aan de adressante ten voorschreven einde in gebruik at te staan een gedeelte van voormeld terrein, ter grootte van ruim 80 centiaren, nader op te meten en door de Commissie aan te wijzen. Hoezeer wij oorspronkelijk van oordeel waren, dat er geen termen be stonden om voor de oprichting van een tweede petroleum-magazijnnaast dat van de firma Verkouw Stokhuizen en J. L. Creygliton, ten tweeden male grond der gemeente af te staan, is het ons evenwel in den laatstcn tijd gebleken dat, met het oog op den steeds vermeerderenden aanvoer van petroleum, het bestaande magazijn geen voldoende ruimte aanbiedt om aan alle behoeften te voldoenzoodat wij niet aarzelen ons met het advies der Commissie van Fabricage te vercenigen. Wij geven u alzoo in overweging om dienovereenkomstig het omschreven terrein tot wederopzeggens aan de adressante in gebruik af te staan onder dc voorwaarden in het rapport der Commissie vermeldbehoudens de vol gende wijziging, dat namelijk ook van het thans op te richten magazijn een gedeelte ter beschikking van het gemeentebestuur worde gelaten, evenzeer als zulks bij raadsbesluit van 11 Juni 1867 is bepaald ten aanzien van het eerstbedoeld magazijn. Er kunnen zich namelijk omstandigheden voordoen waarbij de thans beschikbare ruimte zoude blijken niet voldoende te wezen. Eindelijk is ons van wege de adressante medegedeeld dat het voornemen bestaat om gezamenlijk met de firma Kreps het petroleum-magazijn op te richtenzoodatcasu quode grond aan beide firma's behoort te worden afgestaan. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Aan den ltaad der Gemeente Leiden. De ondergeteekenden wed. Van Haansbergen en Dutilhverzoeken ver gunning tot het bouwen van eene bergplaats voor petroleum naast het be staande daartoe reeds bestemde gebouw staande aan den Mare Singel volgens de hierbijgaande plattegrond, zullende het op te trekken gebouw geheel gelijk vormig zijn aan het reeds bestaande. Hierop een gunstige dispositie imploreerendo teekencn adressanten zich met verschuldigde hoogachting. Leiden, 6 Augustus 1873. Wed. Van Haansbergen Dutilh. Leiden, den 19 September 1873. De Commissie van Fabricage heeft de eer op het requestdd. 6 Augus tus jl. der firma de wed. Van Haansbergen en Dutilh te berichten, dat bij raadsbesluit van den Ilden Juni 1867 aan Verkouw Stokhuyzen en J. L. Creygliton ten gebruike is afgestaan een gedeelte van het Eaamland, onder de gemeente Leiderdorpten einde te worden bebouwd met eene bergplaats voor petroleum en dat thans bij de Commissie geen bezwaar bestaatom ook tot hetzelfde einde een gedeelte van dat land in gebruik te geven aan de bovengenoemde firma, onder de voorwaarden, die bij genoemd raadsbesluit zijn bepaald, met uitzondering evenwel van de verplichting om een gedeelte van het gebouw ter beschikking van het gemeentebestuur tg laten. De Commissie stelt derhalve voor, om aan de firma Van Haansbergen en Dutilh in gebruik af te staan een nader door de Commissie aan te wijzen nabij het bestaande pakhuis gelegen gedeelte van het Eaamlandonder dc gemeente Leiderdorp, bij het kadaster bekend onder Sectic A, n°. 1768, en zulks ter grootte van 9.30 meters lang en 8 meters breed, of ruim tachtig centiaren grootnader op te metenten einde te worden bebouwd met een bergplaats voor petroleum en bovendien eene uitgestrektheid van drie meters aan de vier zijden van het gebouw, als open grond door eenc droosde sloot af te scheiden, onder de volgende voorwaarden, als: 1 dat het gebouw geheel van steen opgetrokken en door een bebord dak met pannen gedekt wordt; 2°. dat eene drooge sloot van gemiddeld twee meters breedte en aan dc buitenzijde ter hoogte van anderhalve meter omrasterd wordt gemaakt om het gebouwopdat daarin bij onverhoopte gevallen in eenigszins hellende richting de petroleum zoude kunnen wegvloeien 3°. dat door de firma gebruik kan gemaakt worden van de losplaats aan den Singel en van dc brug met het hek over de Singelsloot; 4°. dat voor het gebruik van den grond, waarop het gebouw is geplaatst wordt betaald een recognitie van twee gulden tachtig cent, terwijl de grond binnen dc omrastering gelegentot geen gebruik hoegenaamddoor hen mag worden gebezigd. Aan H. II. Burgemeester Dc Commissie van Fabricageenz. en Wethouders. Tc Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DEABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1873 | | pagina 4