N*. 88. Leiden, 20 Mei 1873.
Ten aanzien van het adres van de firma P. Gijsman en Zoon, ter be
koming van een strook grond van den Middelweg en hel daaromtrent
ingewonnen bericht van de Commissie van Fabricage, welke stukken
hierbij worden overgelegdhebben wij de eer u mede te deelendat
er, onzes inziens, volstrekt geen bezwaar bestaat om een strookje van
genoemde straat aan adressanten af te slaan, ten einde aan hun pakhuis
gelegen aan den Middelweg hoek Koppenhinksteeg te worden verheeld.
Vermits evenwel volgens de oorspronkelijke aanvrage verlangd werd
eene slrooks gronds palende slechts aan een gedeelte van het pakhuis
en daardoor de rooilijn der straat eenigermate zoude worden verbroken,
hebben wij adressanten voorgesteld hunne aanvrage in dien zin te wij
zigen, dat de inneming wordt verzocht van een gedeelte grond, loopende
van de Koppenhinksteeg tot aan den Ouden Rijnwaarmede door adres
santen genoegen is genomen.
Wij geven uwe vergadering alsnu in overweging te verklaren, dat het
gedeelte van den Middelweg, aangeduid op de bij het adres overgelegde
schetsteekeningter grootte van 20 centiaren, niet meer voor den open
baren dienst bestemd is, en hel aan adressanten in eigendom af te
staan, ten einde aan bovenbedoeld perceel te worden verheeld. Wat
den koopprijs betreft komt Ons de door de Commissie van Fabricage
voorgestelde som van f 1 per centiare wat laag voor, met het oog op de
belangrijke verbetering, welke door de verheeling aan het eigendom van
adressanten wordt aangebracht.
In deie schijnt ons een koopprijs van f 2 per centiare alleszins ge
rechtvaardigd.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, 26 Maart 1873.
Geven met verschuldigde eerbied te kennen P. Gijsman <11 Zoon dat
zij wenschten te mogen innemen een stukje gemeentegrond langs de
Middelweg aan de Oude Rijn, geteekend ,wijk 7 n°. 2 straatn0.
bereid zijnde de daarvan vereischt wordende kosten te willen voldoen.
't Welk is doende
P. Gijsman <fc Zoon.
Aan den Gemeenteraad der Gemeente Leiden.
Leiden den 7 Mei 1873.
De Commissie van Fabricage heeft de eer op het request der firma
P. Gijsman Zn. te berichten, dat daarbij wordt gevraagd de eigendom
van een"strook gemeentegrond van de openbare straat op den Middelweg,
langs het pakhuis, dat op den kadastralen legger bekend staat ten
name van Pieter Gijsman onder Sectie I, N°. 423, om bij de verbou
wing van dit perceel de rooiing te verbeteren, dat daardoor zou kunnen
vervallen de bij beschikking van 19 Juni 1820 verleende vergnnning
tol het stellen van sleenen beerenwaarvoor nog steeds eene jaarlijksche
recognitie van zestig cents woYdt betaald, en dat na een gehouden
plaatselijk onderzoek gebleken is, dat legen dien afstand van grond
geene bezwaren bestaan, omdat de verbouwing noodzakelijk en raad
zaam kan worden geacht, met verbetering der rooiing.
De Commissie meent derhalve.te mogen raden, dat aan den eigenaar
Pieter Gijsmannadat de afleslane grond is verklaard niet meer voor den
openbaren dienst bestemd te wezenin eigendom wordt overgedragen
een strook grond van den Middelweg, nabij den Ouden Rijn, ter
lengte van 12| meter bij ongelijke breedte van één meter aan het begin,
een halve meter aan het einde en 1.75 meter in het midden, ter grootte
van ongeveer 20 centiaren, om te worden verheeld aan het perceel bij
het kadaster bekend, onder Sectie I, N°. 423, tegen betaling van eenen
koopprijs van twintig gulden.
Aan H. H. Burgemeester De Commissie van Fabricage,
en Wethouders.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.