N°. 10.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Edel.-Achtbare Heeren.
Bij dezen neem ik beleefdelijk de vrijheid u te verzoeken mij uit mijne
betrekking van 2en hulponderwijzer 4e klasse aan de openbare lagere school
voor onvermogenden N®. 2 alhier, eervol te ontslaan tegen 1 Februari a. s.,
aangezien ik benoemd ben als hulponderwijzer aan eene openbare school
te Zaandam.
Met de meeste hoogachting heb ik de eer te zijn,
Edel-Achtbare Heeren
UEdw. Dienaar,
A. W. Kloos.
Leiden, 6 Januari 1873.
De hulponderwijzer Abraham Willem Kloosaan de openbare lagere
school n®. 2voor onvermogendenverzoekt tegen 1° Februari aanst. een
eervol ontslag uit die betrekking.
Het daarop door ons ingewonnen advies van den hoofdonderwijzer dier
school, waarmede wij ons vereenigen kunnen, leggen wij hierbij over.
Wij nemen alzoo de vrijheid u dienovereenkomstig te radenden adres
sant het gevraagd eervol ontslag tegen gemeld tijdstip te verleenen.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, 6 Januari 1873.
Ter voldoening aan den inhoud uwer apostille van den 3den dezer n°. 13,
waarbij//om te dienen van bericht en raad" in mijne handen wordt ge
steld een verzoek om eervol ontslag als 2de hulponderwijzer der 4de klasse
door A. W. Kloostegen 1 Februari a. s.heb ik de eer te berichten
dat er van mijne zijde geene bedenkingen bestaan om het gedane verzoek
in te willigen, waarom ik dan ook de vrijheid neem u te raden het ge
vraagde eervol ontslag op 1 Februari e. k. te verleenen.
De hoofdonderwijzer der openb. school n°. 2 voor onverm.
J. P. Lancel.
Aan H. H. Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden.
N°. 11. Leiden, 81 December 1872.
Bij Raadsbesluit van 19 October 1871, is vastgesteld dat:
1®. te beginnen met 1° Maart 1872, al de cokes welke de gasfabriek
oplevert in het openbaar zullen verkocht worden met uitzondering alleen
van 5000 hectoliters, Welke tegen den thans geldenden prijs, zijnde 46
cent, aan de gemeente-instellingeu en aan de beambten van de gasfabriek
zullen afgeleverd worden
2°. dat tegen gereed geld verkocht worde de aanwezige voorraadin
zulke partijen als Commissarissen zullen vaststellenmits die partijen in den
regel niet meer bedragen dan 100, en niet minder dan 10 hectoliters;
3®. dat Commissarissen worden uitgenoodigd tegen het einde van 1872
of zoo noodig vroegeraan den Raad over te leggen een staataanwij -
zende de uitkomsten van de verschillende veilingen tegelijk met hun prae-
advies omtrent de vraag of de nu voorgeschreven maatregel al of niet be
stendigd zal moeten worden.
Wij hebben dienovereenkomstig de eer hiernevens over te leggen den
verlangden staatwaaruit blijkt dat in 44 wekelijksche veilingenin partijen
van 10, 50 en 100 hectoliters, zijn verkocht 44820 hectoliters cokes, tot
den gemiddelden prijs van 0.77" per hectoliter.
De laagste prijs is besteed op 7 Mei, de hoogste op 27 Augustus ver
kregen dat de prijs in de laatste zes veilingen weder lager is gegaan zal
waarschijnlijk, voor een deel althans, wel het gevolg zijn van den buiten
gemeen zuchten winter; terwijl ook niet onopgemerkt is gebleven dat in
den zomer reeds door velen meerder is ingekocht dan voor dadelijke be
hoefte gevorderd werd. Bij onderzoek is ook niet gebleken dat er in den
laatsten tijd belangrijke partijen 'cokes zijn ingevoerdook gelooven wij
niet dat die invoer voordeel zoude aanbrengen integendeel mag verwacht
worden dat de prijs van de cokes, in verhouding tot dien welke voor de
steenkolen moet besteed wordennog rijzen zal.
Onder de bruto opbrengst welke door de koopers betaald is, zijn begre
pen de zegel- en registratierechten, ten bedrage van 2 percent en 38 op
centen, advertentiën en andere kleine onkosten, te zaaien bedragende
ƒ772,195; dat is per hectoliter ƒ0,017'. Ofschoon niet te ontkennen valt
dat door den openbaren verkoop de bandelaar of verbruikerzonder eenig
voordeel voor de gemeentemet dit bedrag wordt belastheeft dit echter
geene ontevredenheid gegevenintegendeel is geen enkele klacht bij uwe
commissie ingekomenen beantwoordt de nu gevolgde wijze van verkoop
aldus aan het verlangen om begunstiging voor te komen.
De eenige wijziging welke wij in het belang van de verbruikers, wellicht
ook in die van de fabriek wenschen voor te stellenisom bij den ver
koop ook partijen van 5 hectoliters te mogen aanbieden overigens mee*
nen wij dat men op den ingeslagen weg zoude kunnen voortgaanen ver
zoeken wij u mitsdien ons te willen machtigen om ook vervolgens met den
openbaren verkoop van de beschikbare cokes voort te gaan.
De Commissarissen der stedelijke gasfabriek, enz.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
N». 1». Leiden, 9 Januari enz. 1783.
Nadat bij de in den loop van het vorig jaar vastgestelde verordeningen
tot regeling van het openbaar lager onderwijs was bepaald, dat op de meisjes
school der 1ste klasse met opheffing der betrekkingen voor de natuurkunde en
de natuurlijke historie, één leeraar in de wis- en natuurkundige vakken zou
worden aangesteld en de betrekking van leeraar in de geschiedenis zoude
vervallenwerd het zoowel door het schooltoezicht als door ons college
raadzaam geacht dat, alvorens de te benoemen leeraar in functie zou tre
den het onderwijzend personeel en de leerlingen dier school op de nieuwe
organisatie zouden worden voorbereid.
Ingevolge deze regeling zouden namelijk de onderwijzeressen worden be
last met de lessen in de geschiedenis ook in de hoogste klassen en daar
entegen worden ontheven van het onderwijs in de wiskundige vakkenter
wijl alles wat betrekking heeft tot de wis- en natuurkunde zoude worden
opgedragen aan een voor die vakken speciaal aangewezen onderwijzer.
De heer J. A. Van Dijk hoofdonderwijzer alhier, in deze allezins be
voegd om de in werking treding van de nieuwe organisatie voor te berei
den heeft die taak met de meeste bereidwilligheid op zich genomen en is
gedurende de laatste helft van het afgeloopen jaar, voor zoover zijne veel
vuldige ambtsbezigheden zulks toelietenmet den meesten ijver op deze
school te dien einde werkzaam geweest. Hij heeft daardoor de taak niet
alleen van het aanwezig onderwijzend personeel, maar ook van den leeraar,
die met den aanvang dezes jaars zijne functiën heeft aanvaard, in velerlei
opzichten verlicht en tevens medegewerkt om eenen geregelden overgang
tot den nieuwen toestand te bevorderen.
Nu de werkzaamheden van den heer Van Dijk op deze school zijn geëin
digd, hebben wij hem schriftelijk onzen dank betuigd voor de loffelijke
wijze waarop hij zich van de hem opgedragen taak heeft gekweteninmid
dels zouden wij het zeer wenschelijk achten dat zijne veidiensten in deze
ook door het verleenen van eene geldelijke belooning vanwege de gemeente
werden erkend.
Wij geven uwe vergadering derhalve in overweging ons collegie te mach
tigen om aan den heer Van Dijk voornoemd uit te keeren eene som van
honderd guldente vinden uit art. 3 van hoofdstuk VIIjaarwedden der
hoofdonderwijzers enz., der begrooting voor 1872.
Van de gelden bestemd voor jaarwedden van het onderwijzend personeel
op de meisjesschool 1ste klasse is meer dan bovenvermeld bedrag beschik
baar ten gevolge van in het afgeloopen jaar voorgevallen vacatures.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, 10 Januari 1873.
De Commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen de voordracht
van Burgemeester en Wethouders betrekkelijk eene beloóning van ƒ100 toe
te kennen aan den heer Van Dijk wegens de door hem bewezen diensten
in zake het onderwijs op de meisjesschool der 1ste klasse, en stelt mitsdien
voor de gevraagde machtiging te verleenen.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.