HAHMLra VAN DES 6EIBBHTEB&AD TAN LEIDEN.
10.
INGEKOMEN STEKKEN,
ter inzage van de leden nedergelegd.
N®. 34. Leiden, 19 Februarij 1872.
Ter vervulling der betrekking van len hulponderwijzer van de 3de klasse
aan dé openbare lagere school n°. 2 voor onvtrmogenden, hebben wij, in
overleg met den hoofdonderwijzer dier school en den districts schoolopziener,
een drietal opgemaakt, hetwelk wij ons de eer geven u bij deze aan te
bieden, met verzoek daaruit de benoeming te doen, als: I®. Johannes Jose-
phus Cuyle, 2°. Pieter Antonie Biegmanen 3°. Cornelia de Beer; de beide
eersten binnen deze gemeentede laatste te Hoorn werkzaam.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
N®. 33. Leiden, 19 Februarij 1872.
Het bestuur van het Heilige Geest of Arme Wees- en Kinderhuis heeft
de eer, ter voorziening in de bestaande vacature van Kegentesse over ge
noemd gesticht, aan UEd. voor te stellan het onderstaande dubbeltal: 1°.
Mevrouw de wed. G. H. Fabius geb. Ledeboer, 2°. Mevrouw de wed. Cra
mer geb. Edelinck.
Namens het bestuur voorn.
Aan den Edel-Achtb. Raad W. Plekte.
der gemeente Leiden. J. E. van Iteeson J.Az.
N°. 36. Leiden, 22 Februarij 1872.
Wij hebben de eer u hierbij ter vaststelling aan te bieden drie staten
van af- en overschrijving op de gemeentebegrooting voor 1871 en 1872.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
[N?. 1. Bij dezen staat wordt voorgesteld van lioofdst. XI, volgnommer
154, Onvoorziene uitgaven, der begrooting over 1871, af te schrijven
/13.U7, en die soin toe te voegen aan hoofdstuk X, als nieuw volgnom
mer 153b, Kosten gevallen op den afstand van den toren der Mare-
kerk. l)it ister wegneming van bezwaren door de Gemeente Commissie
tegen de teekening van de overeenkomst ingebragt, voor rekening der ge
meente genomen.
N°. 2. Bij dezen staat wordt voorgesteld van hoofdst. XI, volgnommer
152, Onvoorziene uitgaven, der begrooting over 187 2, af te schrijven
ƒ200 en die som toe te voegen aan hoofdst. X, als nieuw volgnommer
151 aKosten van insinuatiënnotariële acten, verteringen bij de ontvangst
van comtnissien en andere kleine uitgavenniet onder de vorenstaande
hoofdstukken begrepen. Tot eene behoorlijke en geregelde verantwoor
ding dezer uitgaven wordt dit nieuw artikel voorgesteld.
N°. 3. Bij dezen staat wordt voorgesteld van hoofdst. XIvolgnommer
152, Onvoorziene uitgaven, der begrooting over 1872, af te schrijven
ƒ200, en die som over te schrijven op Hoofdst. V, volgnommer 91,
Jaarwedde van de Commissarissen van policie. Ten gevolge van de ver-
hooging der jaarwedde van den 2,n Commissaris van policie, bij Kon.
besluit van 17 Januarij 1872, n#. 9/]
Leiden, 26 Februarij 1872.
De Commissie van Financiën heeft de eer te berigten dat zij op bijgaande
drie staten van af- en overschrijving op de gemeentebegrooting voor 1871
en 1872 geene bedenkingen heelt, zoodat zij de vrijheid neemt u tot de
vaststelling te raden.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiënenz.
N°. 37.
Leiden, 12 Februarij 1872.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Geeft met verscbuldigden eerbied te kennen J. C. Drabbe, drukker en
uitgever der Leidsche Courant;
dat de termijn, voor welken hem het leveren van het gedrukt Verslag
der Handelingen van den Gemeenteraad is toegestaanmet het begin der
volgende maand zal verstreken zijn
dat hij zóu wenschen ook verder met die taak belast te blijven;
weshalve hij zich tot uwe vergadering wendt met het verzoek, dat zij
moge goedvinden het leveren van genoemd verslag op nieuw aan hem op
te dragen.
't Welk doende,
J. C. Dhabbe.
1873.
Leiden, 19 Februarij 1872.
In onze handen werd ten fine van berigt en raad gesteld een adres van
Dr. J. C. Drabbe, drukker en uitgever van de Leidsche Courant, daarbij
verzoekende dat het gedrukt Verslag van de Handelingen van uwen Raad op
nieuw aan hem moge worde opgedragen.
Wij hebben de eer u daarop te berigten dat bij raadsbesluit van 8 April
1869, weder voor den tijd van drie jaren, ingegaan den 1'" Maart van
dat jaar, die heer met de uitgave van dat verslag werd belast, tegen eene
jaarlijksche toelage van ƒ500, terwijl die som, bij uw besluit van 8 Junij
1871, verhoogd werd met 150voor het opnemen van alle in uwe ver
gadering overgelegde stukken.
Vermits de uitvoering van dat werk naar behooren en ten onzen genoegen
heeft plaats gehad, vinden wij volkomen vrijheid u te raden den adressant
weder voor drie jaren de levering van bedoeld verslag op te dragen.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
N°. 38. Leiden, 26 Februarij 1872.
Bij volgnommer 73 der begrooting voor dit jaar is onder lit. c opge
nomen de vernieuwing van de draaibrug over den Ouden Rijn bij de Heeren
gracht, tot een bedrag van ƒ6500.
Wij vreesden dat hetgeen destijds voor die som kon worden gemaakt
thans niet meer daarvoor zou worden aangenomendaar er tegenwoordig bij
de ijzerfabrieken overvloedig werk is, maar ook het ijzer in prijs aanzienlijk
is gestegen, terwijl die rijzing nog voortgaat. Onze vrees is bewaarheid,
vijf inschrijvers hebben zich voor dit werk opgedaan, en de laagste van deze
was de Koninklijke Nederlandsche Grofsmederij voor ƒ7500.
Bij dit verschil boven de begrooting nemen wij de vrijheid u voor te
dragen ons tre magtigen dit werk voor die som aan de belanghebbende t»
gunnen.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, 26 Februarij 1872.
De Commissie van Financiën heeft de eer u te berigtendat zij in de
gegevene omstandigheden geen bezwaar maakt u te raden Burgemeester en
Wethouders op hunne voordragt te magtigen tot de gunning van de ver
nieuwing der draaibrug over den Ouden Rijn aan de inschrijvers van dit
werk voor de som van ƒ7500.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.
10