HAMiiroH TM DM GEEEENTEBAill TAW LEIDEN. 19 Kitting van Zaturdag lO October 1868, geopend des namiddags ten 2 ure. Voorzitter: de heer Burgemeester Dr. W. C. van den Brandeler. Tegenwoordig de heeren Stoffels, Tollens, Krantz, Butgersvan Wen sen, du Bieu, Ilubrecht, Buys, van Kaathoven, TielemanHartevelt, de Fremeryvan Outerenvan Heukelom, Tichler, Seheltema, Goudsmit en van den Brandeler. De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Donderdag 1 October 11. worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter. Er is berigt ingekomen van den heer Meerburg, dat hij door Ongesteldheid verhinderd wordt de vergadering bij te wonen. Ins gelijks is ingekomen een brief houdende kennisgeving dat de heer Le Poole om gelijke reden de vergadering niet kan bijwonen, zoodat de installatie van dien heer als nieuw inkomend raadslid niet zal kunnen plaats hebben. De Voorzitter deelt mede Eene dispositie van Gedeputeerde Staten der provincie Zuid-Holland, van den 6 October jl B. n». 5448 (1- afd.)G. S. n°. 39, waarbij het raads- es uit van den 1 bevorens, tot het regelen van gemeenschappelijke zaken met het bestuur der gemeente 's Gravenhage, goedgekeurd en de vereischte magtiging daartoe wordt verleend. Deze wordt voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Adres van den hoofdonderwijzer der openbare school n°. 1 voor on- vermogendentevens dirigeerend hoofdonderwijzer en mede-onderwijzer bij het vormend onderwijs, J. A. van Dijk, waarbij hij uit die verschillende betrekkingen het ontslag verzoekt tegen 1 November e. k. 2°. Adressen van het bestuur van het genootschap Math. Scient. Genitrix en zijne ledenen van een aantal hulponderwijzers en hulponderwijzeressen der openbare lagere scholen alhier, waarbij zij verzoeken dat pogingen mogten worden aangewend om den hoofdonderwijzer J. A. van Dijk alhier te behouden. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten deze adressen aan te houden tot de behandeling van het onder n°. II op heden aan de orde gestelde onderwerp. 3 Adres van J. L. A. Desertine, om continuatie als stads-chirurgijn. Overeenkomstig de voordragt werd besloten dit adres te stellen in han den van de drie groote armbesturen, om te dienen van berigt en raad. De Voorzitter. Ik heb nog mede te deeleu dat ingekomen zijn twee op ongezegeld papier geschreven stukken, als: 1®. van W. T. Wanner, en 2 van minderjarigenwaarbij deze zich mengen in zaken van het on derwijs. Overeenkomstig de voordragt wordt besloten omtrent deze adressen over te gaan tot de orde van den dag. De Voorzitter. Ik heb nog de eer voor te stellen het antwoord van Burgemeester en Wethouders op het algemeen sectie-verslag, dat heden overwogen is en weldra gedrukt zal wordente gelijk met het rapport van de Commissie omtrent de subsidiënte stellen in handen van de Commissie van Financiënten einde daarop bij haar verslag omtrent de subsidiën en de begrooting voor 1869 te letten. Dienovereenkomstig wordt besloten. De werkzaamheden worden hierop voortgezet in eene vergadering met be sloten deuren. De openbare vergadering heropend zijnde, is aan de orde: I. Beëediging en installatie van het nieuw inkomend raadslid. Komt alsnu te vervallen ten gevolge der zoo even gedane mededeeling. II. Voorstel in het belang van het lager onderwijs. De Voorzitter. Het zal aan de heeren bekend zijndat dezer dagen de heer van Dijk, onze verdienstelijke hoofdonderwijzer, is benoemd tot directeur der kweekschool voor onderwijzers te Groningen. Burgemeester en Wethouders hebben zulks aan den eenen kant met vreugde vernomen, omdat zij daarin zagenhoe de hooge regering de verdiensten van den heer van Dijk waardeert, maar aan den anderen kant^betreuren zij het zeer dat deze bekwame en ijverige hoofdonderwijzer eenen werkkring gaat verlaten, waarin hij zulke uitstekende diensten bewees. Burgemeester en Wethou ders hebben zich daarom de vraag gesteld, in hoever het doenlijk ware pogingen aan te wenden om den heer van Dijk hier te behoudenwaar hij met zooveel vrucht en met zooveel ijver is werkzaam geweest, zoowel als hoofd-onderwijzer van de lagere school voor onvermogenden als in zijne betrekking van directeur der normaalschool. Dit een en ander heeft geleid tot een voorstel, dat wij meenden aan de vergadering te moeten doen. Het is met de meeste vrijmoedigheid en vertrouwen, dat wij dat voorstel, in overleg met de Schoolcommissie gedaanter tafel brengen daar hetdebelan- gen geldt van het lager onderwijs, waaromtrent de vergadering steeds getoond heeft zoo vrijgevig en onbekrompen te zijn; ten gevolge waarvan Leyden er dan ook roem op mag dragendat het onderwijs er op een zoo hoogen trap staat. Ik zal thans den Secretaris verzoeken het voorstel voor te lezen. Dat voorstel is van den volgenden inhoud: //Het behaagde Zijne Majesteit bij besluit van den 30cn September dezes jaars tot diecteur der rijkskweekschool voor onderwijzers te Groningen le benoemen onzen hoofdonderwijzer aan de openbare school n". 1 voor minver mogenden, directeur en leeraar aan de onderwijzerskweekschool J. A. van Dijk. 186*. Dit te vernemen deed ons voor den man genoegendaar wij hierin de bekwaamheden die wij in hem opmerken ook elders zagen erkendmaar ook omdat wij hierdoor zijne financiële positie verbeterd beschouwden. Wat onze stad echter aangaat, deze lijdt hierdoor een belangrijk verlies, en wij ge ooven ons ontslagen te mogen achten hieromtrent ook zelfs in korte trekken uit te weidendaar hij wel bij u allen in meer of mindere mate met opzigt tot zijnen werkkring zal bekend zijn. Mogt daarom reeds dadelijk bij het vernemen van deze benoeming de wensch bij ons ontstaan, dat hij voor onze stad behouden bleve, de plaat se ïjke Schoolcommissie deed ons besluiten dezen zoo mogelijk te bevredigen en daartoe uwe medewerking door uw besluit in te roepen. De bezoldiging aan de nieuwe betrekking verbonden bedraagt /"2800: hetgeen hier ter stede door dien onderwijzer wordt genoten is: als hoofdonderwijzer aan de openbare schoolf 1500 directeur der normaalschool leeraar bij die school terwijl hij nog geniet als directeur der burgeravondschool 500 375 500 f 2875 Wij stellen ons voor dat, bijaldien hem eene toelage op zijne inkomsten van fo werd verleend, waardbor hij zich van laatstgemelde betrekking, als te bezwarend bij zijne overige fuuctiën, kan losmaken, er uitzigt zou unneri1 zijn hem hier te behouden, redenen waarom wij de vrijheid nemen u daartoe bij deze het voorstel te doen." De Voorzitter. Ik heb verder gemeend, daar de zaak nog al spoed vereischte, af te moeten wijken van den gewonen vorm, en heb de Com missie van Financiën bereids over het voorstel geraadpleegd. Zij heeft daarover haar rapport ook reeds ingediend. Dat rapport luidt aldus: »üe Commissie van Financiën, door den Burgemeester uitgenoodigd u te dienen van berigt en raad, omtrent eene voordragt in het belang van het lager onderw-ijs, waarbij door het verleenen eener toelage aan den hoofd onderwijzer J. A. van Dijk eene poging wordt voorgesteld om zoo mogelijk tegenover zijne benoeming tot directeur aan de rijkskweekschool vooronder- wijzers te Groningenhem in deze gemeente voor het lager onderwijs alhier te behouden, heeft de eer u dienaangaande te berigten dat, hoezeer zij in het algemeen met gesteld is op het verleenen van toelagen en wel eenig bezwaar er in zou kunnen vinden deze wederom in het belang van het on derwijs te doen, hetgeen reeds zoovele uitgaven vordert, zij echter gemeend heeft in dit bijzonder geval op deze bezwaren minder te moeten drukken. Zoodanig als het voorstel luidt, behoeft men naar hare meening minder bevreesd te zijn dat deze toelage op zijn opvolger zal overgaan, daar zij uitdrukkelijk als toelage voorkomt, doch niet in welke betrekking, endaar- door alle vooruitzigt voor den opvolger wordt afgesneden. Zijne verdiensten als hoofdonderwijzer zal niemand in twijfel trekken; hoezeer hij het lager onderwijs door de inrigting der vormschool bevordert is ieder bekend, hoe zeer hij ook weder zijne medewerking schonk tot verbetering der bewaar scholen blijkt uit uw rapport, dat nog voor u ligt en weldra in behandeling zal komen. Bij deze feiten, waarin het lager onderwijsvooral dat der armen ie ang heeft, komt het der Commissie geraden voor de voorgedragene toe- lage aan te bieden, opdat daardoor deze onderwijzer alhier blijve behouden. JJe Commissie durft u alzoo gerustelijk raden conform deze voordragt te besluiten." 0 De Voorzitter. Ik heb straks de twee omtrent deze zaak ingekomen adressen aangehouden, ten einde die te gelijk met het voorstel te behan delen. Uit die adressen zal aan de vergadering almede blijken, hoeveel prijs er gesteld wordt op het behoud van den heer van Dijk voor deze stad. Het adres van het bestuur van het genootschap Mathesis Scientiarum Genitrix luidt aldus: //Edel-Achtbare Heeren t uHet ^es,t"ul' v»n het genootschap Mathesis Scientiarum Genitrix en hare leden hebben de eer het volgende onder uwe aandacht te brengen. Zoo als u bekend is, is de heer J. A. van Dijk, hoofdonderwijzer bij het lager onderwijs hier ter stede, benoemd tot directeur der rijkskweekschool voor onderwijzers te Groningen. Het eervolle der benoeming, zoowel als de be- eie voorwaarden, voor zoo ver het het salaris aan genoemde betrekking verbonden betreft, in vergelijking met de salarissen aan de betrekkingen verbonden thans door den heer van Dijk waargenomenzullen hem waar- scbijnhjk doen besluiten, genoemde benoeming te aanvaarden. Het vertrek van den heer van Dijk zullen vele onzer ingezetenen, die aan het onderwijs zijn verbonden, als een ware ramp voor Leiden achten, en wij zijn het vol komen met hen eens. Het genootschap Mathesis Scientiarum Genitrix is veel aan hem verplicht maar niet minder, naar het ons voorkomt, andere zijner zuster-inrichtingen. Waar de heer van Dijk werkzaam is, kwijt hij zich uitmuntend van zijn plicht, zoodat, indien er in onze gemeente meer dere stemmen opgaan die den wensch uitdrukken om een poging te wagen, den heer van Dijk in ons midden te behoudenwij ons volgaarne aan hunne zijde voegen, en dringend verzoeken dat de Baad der stad goedgun stig in deze zaak beschikke." Het adres van de hulponderwijzers en hulponderwijzeressen is van den volgenden inhoud: /'Edel-Achtbare Heeren 1 Geven met verscliuldigden eerbied te kennen ondergeteekendenhulponder wijzers en hulponderwijzeressen te Leiden, dat, ofschoon ten hoogste inge nomen met de bijzondere onderscheiding van den heer J. A. van Dijk door e eno„rning tot directeur van s rijks kweekschool te Groningen, zij ech- er vei vu zijn met diep leedwezen wegens zijn voorgenomen vertrek, dewijl zij hem achten en beminnen om zijne onmiskenbare gavenzijn edel karak ter en humaniteit, en hem vereeren omdat hij hun meerdere is in alles; 26

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1868 | | pagina 1