heffing van opcenten in strijd met art. 247 der gemeentewet; want wij heb
benzooals door Prof. Buys in de vorige vergadering gezegd is, personeel,
nog eens personeel en altijd personeel; alles in den vorm van opcenten.
Eene andere belasting zal er niet geheven worden en eerst dan mogen wij
50 opc. op het personeel heffen.
De verordeningen worden aangenomen met 18 tegen 3 stemmen.
Tegen: de heeren Hartevelt, Seheltcma en Goudsmit.
VIII. Financiële voordragt tot vinding van onkosten, op den verkoop
van gemeente-eigendommen gevallen.
De Commissie van Financiën heelt daartegen geene bedenkingen en raadt
die voordragt goed te keuren.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
IX. "Verzoek van J. M. Diebenom vergunning tot bet leggen van eene
brug over de Singelsloot tusschen de voormalige Witte- en Koepoorten.
Burgemeester en Wethouders raden overeenkomstig het rapport van de
Commissie van Fabricage den adressant het leggen dier brug toe te staan
mits de leggers niet lager worden aangebragt dan 18 duim onder A. P.,
onder toezigt van den gemeente architect en tegen betaling van één gul
den, volgens art. 3, n°. 35, van het tarief van den 5en Maart 1857.
De heer Hubrecht. Ik moet opmerkzaam maken, dat in het rapport
een schrijffout voorkomt. Er staat: //mits de onderkant der leggers niet
lager dan 18 duim onder A. P."; dit moet zijn bonen A.P.
De conclusie van het rapport wordt hierop zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
X. Adres van Vrouwe J. Mogge Pous, weduwe Mr. E. A. van Don
gen, c. s., tot afsluiting van de Vleeresteeg.
Burgemeester en Wethouders radenovereenkomstig het rapport van de
Commissie van Fabricage, den adressanten de afsluiting dier steeg bij
nacht, met het oog op de veiligheid hunner panden, toe te staan, door
middel van twee dubbele houten hekdeurenvoor hunne rekening aan de
beide uiteinden te plaatsen, op de wijze en onder de voorwaarden in het
rapport der Commissie omschreven.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
XI. Suppletoire staat van begrooting van het H. G. of arme wees- en
kinderhuis over 1866.
De Commissie van Financiën heeft daartegen geene bedenkingen en raadt
die goed te keuren en vast te stellen.
Wordt op gelijke wijze aangenomen.
XII. llekening van de Kamer van Koophandel en Fabrieken over 1866.
De Commissie van Financiën heeft daarop geene bedenkingen en raadt
die ooed te keuren en vast te stellenin ontvang tot eene som van f 475
in uitgaaf tot eene som van f 337.68, zoodat van de toegestane gelden
niet is gebruikt f 137.32, hetgeen deu rendanten in korting zal strekken
van de toelage over 1867.
Wordt op gelijke wijze aangenomen; hebbende de heeren Krantz, du
Rieu, van Wensen en Hartevelt, als leden van de Kamer van Koophan
del, aan de behandeling dezer zaak geen deel genomen.
Hiermede de punten, aan de orde van den dag gesteld, afgeloopen zijn
de, wordt, op het daartoe te kennen gegeven verlangen, door den Voor
zitter het woord verleend aan den heer Kneppelhout van Sterkenburg.
De heer Kneppelhout van Sterkenburg. Ik had verwacht, dat onder
de nommers ter behandeling voor deze vergadering ook zoude zijn voorge
komen de voordragt voor de schietbaan. Ik hoopte nog dat deze zaak mo
gelijk in de volgende vergadering zoude behandeld worden. Maar naar aan
leiding dat onze voorzitter bij het straks medegedeelde adres van hh. studenten,
die zich in den wapenhandel willen oefenen en aandringen om spoedig eene
schietbaan te bekomenniets heeft bijgevoegden het alleen bij de mede-
deeling er van gebleven is, zoo meen ik gegronde vrees te hebben, dat er
vooreerst niets van die zaak zal komen. Het voorjaar, de geschikte tijd tot
het doen van wapenoefeningen, is ophanden, de maand Maart zijn wij reeds
ingetreden; het is dus zeer te wenschen dat deze zaak spoedig in orde komt.
Onze scherpschutters, zoowel uit de studenten als uit de burgerij, zijn vol
ijver en geestdrift; het is onze pligt die aan te moedigen, niet uit te doo-
ven. Ik hoop dus dat er zeer spoedig aan deze zaak gevolg zal worden
gegeven.
De Voorzitter. Ik hoop daaraan zoo spoedig mogelijk gevolg te ge
ven. Maar de zaak is nog niet rijp voor eene behandeling. Op dit oogeiv-
blik is zij nog in den Haag aanhangig.
Niets meer aan de orde van den dag zijnde, wordt de vergadering
gesloten.
Te Ley den ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.
'I
i!
1887.
8