hen vervangen een schriftelijk rapport mcdedeelen omtrent het gedrag, de vlijt en de vorderingen hunner kinderen of pupillen. Art. 20. Jaarlijks wordt aan de leerlingen der hoogste klasse, die het zich waardig hebben gemaakt, op voordragt van de hoofdonderwijzeres, een door Burgemeester en Wethouders te bepalen prijs uitgereikt. Aan de leerlingendie de hoogste klasse met vrucht hebben doorloopen wordt een getuigschrift volgens bijgevoegd model, uitgereikt. Art. 21. De prijsuitdeeling wordt door eene les voorafgegaan en heeft plaats voor de zomer-vacantie aan het einde van den jaarcursus, in tegen woordigheid van eene commissie uit het collegie van dagelij ksch bestuur. Art. 22. Tot bijwoning van de les en de prijsuitdeeling worden uitge- noodigd de leden van den Gemeenteraad, de leden der plaatselijke School commissie, de Schoolopziener en de ouders der leerlingen, of die hen ver vangen." Komt in behandeling concept n°. 13: VERORDENING houdende Instructie voor de hoofdonderwijzeressen der scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs. Artt. 14 worden aldus goedgekeurd //Art. 1. De hoofdonderwijzessen zijn verpligt stiptelijk alle bepalingen uit te voeren van de verordening op de scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs binnen deze gemeente. Art. 2. Zij zorgen voor het geven van klassikaal onderwijs en het streng handhaven der klassen-verdeeling. Art. 3. Zij dragen zorg dat het onderwijs gegeven worde overeenkom stig een rooster, die jaarlijks door de hoofdonderwijzeres opgemaakt, in de maand Maart hij Burgemeester en Wethouders ingezonden en door dezen, na de plaatselijke Schoolcommissie gehoord te hebbenvastgesteld wordt. Deze rooster wordt in afschrift aan de Schoolcommissie medegedeeld en in de school opgehangen. Art. 4. Zij zien toe op het gedrag en den ijver der hulponderwijzeressen en kweekelingen en geven daarvan in de maand Januarij van elk jaar een verslag aan Burgemeester en Wethouders." Art. 5 wordt, met de verandering als in art. 5 van concept n°. 10, aldus goedgekeurd "Zij zijn verpligt de hulponderwijzeressen en kweekelingen alle hulp bij haar werk te verleenen en aan laatstgenoemden vormend onderwijs te ver schaffen op den voet en de wijze nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen." Artt. 613 worden aldus goedgekeurd: "Art. 6. Zij zijn verpligt, indien eene der hulponderwijzeressen of kweeke lingen zich aan slecht gedrag of pligtverzuira schuldig maakt, dadelijk daar van aan Burgemeester en Wethouders kennis te geven. Art. 7. Zij gebruiken op de scholen geene andere leerboeken dan die welke door de plaatselijke Schoolcommissie zijn goedgekeurd. Art. 8. Zij zijn verpligt de kinderen en de ouders, of die hen vervan gen, met de meeste welwillendheid en voorkomendheid te behandelen. Art. 9. Zij zijn verpligt zorg te dragen voor de reinheid der localen en voor goede luchtverversching. Art. 10. Zij dragen zorg voor het zindelijk houden en goed bewaren der schoolbehoeftenzien toe dat deze zonder hare toestemming niet worden medegenomen en zorgen, bij de aanschaffing van nieuwe, de daarvoor op de begrooting uitgetrokken posten niet te overschrijden. Art. 11. Zij zijn een half uur vóór den aanvang van eiken schooltijd in de school aanwezig en mogen die niet voor den geheelen afloop van eiken schooltijd verlaten. Indien zij door ziekte verhinderd zijn geven zij daarvan kennis aan den Burgemeester en aan de eerste hulponderwijzeres. In andere gevallen mogen zij van de school niet afwezig blijven dan met toestemming van den Burgemeester. Art. 12. Zij mogen eene hulponderwijzeres of eene kweekeling voor niet langer dan drie dagen vrijheid geven om van de school afwezig te blijven. Tot het verleenen van een verlof voor langeren tijd hebben zij de toe stemming van den Burgemeester noodig. Art. 13. In de maand Januarij van elk jaar zenden de hoofdonderwij zeressen bij Burgemeester en Wethouders de verantwoording in van de haar verstrekte toelagen ten behoeve der kweekelingen. Art. 14. Elke drie maanden laten zij door de hulponderwijzeressen en kweekelingen een staat vervaardigen, meldende het gedrag, de vlijt en de vorderingen van iedere leerling in elk vak. Deze staten liggen steeds gereed voor Burgemeester en Wethouders, de plaatselijke Schoolcommissie en den Schoolopziener. Art. 15. Zij doen den gemeente ontvanger elke maand opgave van die leerlingen, welke de school in de afgeloopen maand hebben verlaten." Art. 16 luidt aldus: "De hoofdonderwijzeressen, uit hare betrekking wenschende te worden ontslagen, zijn verpligt twee maanden vóór het tijdstip, waarop dit ontslag moet ingaan, zich daartoe schriftelijk tot den Gemeenteraad te wenden." De heer van der Hoeven. Is er eene redenwaarom in deze ver ordening niet eene dergelijke bepaling is opgenomen als waarvan straks ge sproken is bij art. 4 van concept n°. 11? De heer Stoffels. Het geldt hier de hoofdonderwijzeressen. In de vol gende verordening eerst is sprake van de hulponderwijzeressen en kweeke lingen. Het artikel wordt goedgekeurd. Het concept wordt met algemeene stemmen aangenomen. Komt in behandeling concept n°. 14 "VERORDENING houdende instructie voor de hulponderwijzeressen en kweekelingen der scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs. Artt. 13 worden aldus goedgekeurd "Art. 1. De hulponderwijzeressen en kweekelingen zijn verpligt stiptelijk alle voorschriften op te volgenhaar door de hoofdonderwijzeres of die haar vervangt te geven. Art. 2. Zij zijn verpligt, een half uur vóór den aanvang van eiken schooltijd in de school tegenwoordig te zijnten einde toe te zien op het binnenkomen der leerlingen en alles in orde te brengen, wat in dien school tijd moet gebruikt worden. Art. 3. Zij zijn verpligt de hoofdonderwijzeres, indien deze het verlangt, in de administratieve werkzaamheden der school behulpzaam te wezen. Art. 4 wordt, behoudens de verandering als in art. 4 van concept n°. 11, aldus goedgekeurd "Indien de hoofdonderwijzeressen en kweekelingen door ziekte verhinderd worden op de school tegenwoordig te zijn, zorgen zij dat de hoofdonder wijzeres daarvan vóór den aanvang der school kennis draagt." Art. 5 luidt aldus: "Indien zij om andere redenen afwezig wenschen te blijven, verzoeken zijonder inededeeling der redenende hoofdonderwijzeres om verlof en onderwerpen zich aan hare uitspraakbehoudens beroep op den Burgemeester." De heer Hartevelt. Hier zou men nu ook weêr dienen bij te voegen de bepaling als zoo even is gemaakt. De Voorzitter. Dat is meer algemeen. Dan zou het ook in de vorige verordening moeten staan. Daarbij zijn wij er ook op bedacht geweest. Het artikel wordt goedgekeurd. Artt. 68 worden aldus goedgekeurd "Art. 6. Bij ontstentenis van de hoofdonderwijzeres treedt de eerste hulp onderwijzeres in hare plaatsbij ontstentenis van beiden de tweede hulpon derwijzeres. De eerste of de tweede hulponderwijzeres heeft, zoolang zij de hoofdon derwijzeres vervangt, dezelfde verantwoording als deze. Art. 7. Zij moeten de haar opgelegde verpligtingen getrouw nakomen en de kinderen goed behandelenalle onbetamelijke middelen tot handhaving der orde en tucht moeten vermeden worden. Art. 8. De hulponderwijzeressen, uit hare betrekking wenschende te wor den ontslagenzijn verpligt ééne maand vóór het tijdstipwaarop dit ont slag moet ingaanzich daartoe schriftelijk tot den Gemeenteraad te wenden." Het concept wordt met algemeene stemmen aangenomen. Niets meer aan de orde van dag zijnde, wordt de vergadering gesloten. VERBETERING. Blad 21, pag. 2, kolom 2, staat in het door den heer Krantz gespro kene: "die is hier weinig", lees: "die is hier niet minder". Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1866 | | pagina 18