Duistere dag gaf een machtige impuls Overwicht legt het tegen goede tactiek af LURKS •De meest verschillende nieuwe wapens zijn op komst De rede van dr. Göbbels Geldige bonnen .Wij spelen het ld aar Duits antwoord op dr. Göbbels' rede Sneeuwvlok - de Eskimo' Fascistische partij op militaire grondslag Ervaringen in Normandië Bewogen relaas van oud-Fries geslacht LARK'S PRODUCTEN WflK friesch GEBR.TEN HOEVE NETTIE '*mhA 2L (Vervolg van pag 1). 11c kom zo juist terug van een be zoek van verscheidene dagen aan het hoofdkwartier van den Pührer. Ik heb alle rapporten en uiteenzettin gen van de ooggetuigen gehoord, heb het lokaal bezichtigd waarin de aan slag |ieeft plaats gehad. Ik kan al leen zeggen, dat wanneer de redding van den Flihrer uit het hoogste levensgevaar geen wonder was, er in het geheel geen wonderen meer be staan. De dader van de aanslag was door een van de gearresteerde generaals met een schijnvoorstel naar de dage lijkse toestandbespreking gezonden. Hij had de springstof in een actetas in de vergaderkamer medegenomen en onder het. voorwendsel deze te willen neerzetten in een onbewaakt ogenblik den Flihrer direct voor de voeten geschoven. Kolonel-generaal Korten, die vlak achter den Führer stond, werd zwaar gewond en is Zaterdag overleden. Deelnemers aan de bespreking zijn door de kracht der ontploffing vele meters ver uit het venster geslingerd en hun uniformen werden in flarden gescheurd. In het gehele vertrek was er bin nen de enorme ontplofflngsgolf, die door de springstof werd opgewekt, slechts één enkele plek die daar be trekkelijk onaangetast door bleef en dat was de plaats, waar de Führer aan de kaarfentafel zat. De kaarten- tafel zelf werd door de ontploffing het vertrek in geslingerd, maar de Führer bleef, behalve lichte kneu zingen, brandwonden en schrammen aan het voorhoofd, volkomen onge deerd. Ik schaam me niet te bekennen, dat ik een mens beri die in de ge schiedenis gelooft, d.w.z. ik geloof enn, dat de geschiedenis een zin en een, zij het ook vaak eerst laat dui delijk wordende logica bezit. Dit maakt mij ook immuun tegen het ge vaar om. zij het ook slechts nu en dan, er aan te twijfelen, dat wij on danks alle moeilijkheden aan het einde in deze oorlog toch nog de overwinning zullen behalen. Mijn gelovigheid ten aanzien van de diepe zin der geschiedenis heeft cd 20 Juli opnieuw een bevestiging gekregen. Materialisten ten aanzien van de historie mogen daarover glim lachen. Ik ben er desondanks vast van overtuigd, dat het Lot den Führer op dit tragische ogenblik in zijn genadigde bescherming heeft ge nomen. aangezien het hem nog ge reed wil houden voor een grote toe komst. En ik heb het gevoel dat ook ons volk in zijn geheel dezelfde over tuiging is toegedaan. Hoe zou het anders mogelijk zijn, dat zo'n duistere dag een volk zo'n geweldige impuls kon geven. Machtige impuls De vijandelijke bladen schreven nog twee dagen na de 20ste Juli, - dat de oproerlingen geleidelijk ge brek kregen aan munitie en dat het gevaar bestond, dat zij spoedig moesten capituleren, hetgeen de Berlijnse bevolking zeer tragisch opnam. Intussen was in Berlijn en in het gehele rijk slechts één enkel, uit millioenen stemmen opklinkend, dankgebed naar den Almachtige omhoog gezonden, omdat Hij den Führer beschermd en voor zijn volk behouden had. Dat zal men buiten in de wereld helemaal niet begrij pen en daarom ook taxeert men ons altijd verkeerd. Dat de verraderlij ke camarilla hetzelfde deed, is een bewijs temeer, dat zij ons volk vol ledig heeft miskend en in het geheel geen innerlijke betrekking tot het volk had. De 20ste Juli vormt het tegendeel van een teken van een moreel verval van ons volk. Rijksminister dr.'Göbbels gaf in aansluiting hierop een toelichting op de consequenties die getrokken moeten worden uit de gebeurtenis sen. „Wij moeten", zo zeide hij, „door een hel van weerstanden, moeilijkheden en gevaren heen, voor wij aan het einde van de weg het open terrein krijgen en heldere lucht kunnen inademen. Het is duidelijk, dat wij in deze noodlots oorlog om ons leven onze krachten niet in het geringste mogen sparen, integendeel, ze zo onbeperkt en zon der voorbehoud moeten gebruiken als dat slechts mogèlijk is. Dit wil ook het gehele volk. Het is in een mate bereid het laatste en zo nodig het allerlaatste in deze oorlog te geven, dat dit slechts be wondering verdient. Wij beschikken in het land zelf over een ongehoord potentieel aan krachten, dat welis waar voor een aanzienlijk deel maar geenszins geheel uitgebuit wordt. De Führer heeft reeds in zijn middernachtelijke toespraak van 20 Juli medegedeeld, dat hij Rijksmi nister Hëinrich Himmler belast heeft met de leiding van 'het ver- vaneingsleger in het vaderland. Hij zal zijn taak er in zien om naast de reorganisatie van het gehele appa ratuur van het vervangingsleger. voornamelijk de in het* vaderland aanwezige sterke legerreserves in goed opgeleide toestand naar het front te brengen, en daarvoor in de- plaats talrijke nieuwe divisies op te stellen en op te leiden. De daarmede samenhangende pro blemen worden thans met nationaal- socialistische energie ter hand ge nomen. Het succes kan en zal niet uitblijven. De Rijksminister voor be wapening en oorlogsproductie, partij genoot Albert Speer, heeft door zijn rusteloze arbeid en een door liem uitgedacht en ontworpen geniaal veveenvoudigingsproces, de Duitse bewapeningspróductie opgevoerd in een omvang, die verbazingwekkend is. De vijandelijke luchtaanvallen heb ben onze oorlogsproductie geen ern- J stige schadè kunnen toebrengen, in tegendeel niet eens kunnen verhin deren, dat de productie van wapens en munitie van maand tot maand endrm gestegen is. Dit intensiverings proces gaat zonder, afdwalen voort en heeft zijn hoogtepunt nog lang niet bereikt. Arbeidskrachten nodig Wij hebben daarvoor echter grote aantallen arbeidskrachten nodig en wel vooral Duitsers, die immers toch steeds het geraamte van het bewa- peningsbedrijf vormen. Bovendien moeten de uit de bewapeningsindus trie naar de weermacht overgaande jongemannen vervangen worden. Daarom is het noodzakelijk de kracht van het Duitse vaderland in veel grotere mate uit te buiten en te gebruiken dan tot dusver het geval is ^geweest. De totale oorlog is het gebod van het ogenblik. Hij zal ln het land zo wel voor het front als voor de bewa peningsproductie zoveel krachten vrijmaken, dat het ons wel niet al te zwaar Zal rallen de moeilijkhe den, die de oorlogssituatie steeds weer met zich mee zal brengen op souvereine wijze meester te worden. Hoe weinig reden de vijand overi gens heeft tot triomferen, zullen dan de volgende maanden bewijzen. De toestand aan de fronten, in het bij zonder aan het oostelijke front, zal zich op grond van de ontworpen maatregelen spoedig wijzigen er wel belangrijk te onzen gunste. De oor log zal een nieuw gezicht krijgen en het zegevierend geschreeuw zal onze vijanden ln de keel blijven steken. Zij dachten ons met de 20ste Juli een vernietigende slag te kunnen toebrengen. Zij hebben ons slechts wakker geschud. De gevolgen zullen niet wij maar zij te bespeuren krij gen. Meer hieuwe wapens Daar komt nog iets anders bij. Wij hebben terwijl wij het tijdelijk technische overwicht van den vijand inzagen op bepaalde gebieden van voren af aan moeten beginnen. Het is sedert lang duidelijk geworden, dat wij de tegenpartij niet door het overtrocfen van hun eigen, maar al leen door de schepping van nieuwe middelen en mogelijkheden e'er technische oorlogsvoering kunnen verslaan. Het ging er hier dus niet zozeer om 'de voorsprong, die zij had in te halen als veel meer die voorbij te streven. Dat is in de loop van de laatste twee jaar op de meest verschillende gebieden dei- oorlogstechniek gesohied. De resultaten van deze ingrijpen de ontwikkeling zullen meer en meer op de slagvelden aan de dag treden. Het gebruik van ons V 1-wapen is in zekere zin de inleiding daartoe. Beslissend bij deze ontwikkeling is, dat zij zich beweegt in een volkomen nieuw kader, weshalve ook terecht verwacht kan worden, dat dit den vijand ook voor volkomen nieuwe feiten zal stellen, en dus tamelijk onvoorbereid ^zal treffen. Wanneer thans het Britse publiek om afweermiddeleiV schreeuwt tegen ons V 1-wapen is dit heel begrijpe lijk, want het belangrijkste voordeel van dit wapen bestaat' er niet zo zeer in dat de vliegende bom zonder bemanning vliegt, als veeleer in het feit, dat zij het gehele vijandelijke afweer- en verdedigingssysteem in het honderd brengt. Zó zal het bij andere nieuwe wapenen eveneens zijn, welke wij binnenkort op de meest verschillende gebieden in het veld zullen brengen. Wij hebben dus de voorsprong, die de vijand tot dusver op de een of andere sector van de oorlogstechniek in handen had, niet slechts inge haald maar voorbij gestreefd. De re sultaten van deze ontwikkeling zijn nog voor het kleinfte deel in het stadium der proefnemingen, voor het grootste deel echter is het stadium der productie. Ik zou mij schamen zo'n taal te spreken wan neer de feiten mij daartoe niet het reqht gaven. Ik heb kortgeleden mo derne Duitse wapens gezien, bij wel ker aanblik mij het hart niet krach tiger sloeg, maar een ogenblik bleef staan. BROOD. BESCHUIT. MELK. VLEES: 31 en 32 AARDAPPELEN: 31 (lè kg., toe- slagkaart 1 kg.) TABAK: 31 en 32, béide n. keuze BLOEM: 182 en 183 GORT: 184 (125 gr.) GEM. MEEL: 185 (125 gr.) KAAS: 186 SUIKER: 187 JAM: 188 VERVANGINGSMIDDELEN: 189 KINDERVOEDING: D 60 gort, E 60 kinderm. of voedingssuiker KINDERDRANKPOEDER: C. D. E 61 SNOEP: 31 BOTER: 31 A en 31 B Einde geldigheidsduur 5 Aug., uit gezonderd 31 aardapp. (29 Juli) Nog geldig zijn: 153, C, D, E50, 179. 180, C. D, E 58. E 59 v. zeep en waspoeder (5 Aug.), 32 A boter (19 Aug,), R05 tabak v. scheer zeep <2 Sept.) Wij hebben allen op zibhzelf niet de bewijskracht der techniek nodig om ons té overtuigen van de stellig heid van de komende overwinning. Wij geloven üi haar, omdat wij in het Duitse volk gelovenT Maar het stemt ook vreugdevol zo'n stelligheid der opvattingen en perspectieven be vestigd te zien door de reële feiten. En dat is op het gebied van onze bewapeningsproductie meer dan eens het geval. Het Duitse uitvindingsgenie heeft zijn krachtproef doorstaan. Wij heb ben er lang op moeten wachten, tot het weer het woord vroeg. Nu zal het spoedig zover zijn. De vijand is niet over de berg. zoals hun leidende figuren steeds weer beweren, maar hij staat er nog vóór. Dat zal de ont wikkeling de eerstvolgende weken en maanden tonen. Ik geloof, zo besloot dr. Göb bels, dat het Duitse volk meer reden heeft over de totale balans van de 20ste Juli tevreden te zijn dan zijn vijanden. De Führer staat als steeds aan het roer van onze staat en stuurt volk en na tie met zekere hand door alle stormen en noodweer van deze oorlog heen. Ons volk ls dapper, moedig en vlijtig en heeft slechts .de ene gedachte, zó te strijden en te werken, dat de overwinning aan ons zal zijn. Het zegt den Almachtige dank, dat hij den Führer in Zijn gena dige bescherming heeft genomen en bidt Hem dat ook verder te doen. Wij allen willen elkander overtreffen in liefde en trouw jegens hem en in het geloof aan zijn historische zending. (Speciale correspondentie). BERLIJN, 27 Juli. De Duitse bladen wijzen op htt feit, dat deze oorlog tot dusverre gekenmerkt werd door een geleidelijke mobilisatie, die nog heel wat speelruimte liet. Deze ruimte moet thans gevuld worden. Het is vanzelfsprekend, dat de vrij komende plaatsen op kantoren en fabrieken ingenomen zullen moeten worden door anderen. Verwacht kan worden, dat in het apparaat der ci viele en militaire ooiTogsvoering een grote beweging zal ontstaan en dat de tot dusverre bestaande privileges volgens andere maatstaven beoor deeld zullen worden. De concentratie van vijandelijke strijdmiddelen tegen Duitsland is zo massief geworden, dat slechts een radicale en ongeremde massale bewe ging de gevaren zal kunnen keren. Thans is de motor aangeslagen en het mechanisme moet snel op volle toeren gebrqcht worden. Dit is niet alleen de overtuiging van het Duitse volk. maar ook het verlangen van de Europese staten, waarvan het voortbestaan afhanke lijk is van de Duitse overwinning. Een der bladen stelt de vraag of men tweemaal tot een totale mobi lisatie kan komen. Het blad doet een Dé zaak Ricarda Huch 41) Daarop lachte ze en vroeg of ik dacht, dat zij bang "was Vervolgens verklaarde ze mij, dat Deruga welis waar bij kleine wrijvingen, die bij een samenleven nu eenmaal onver mijdelijk zijn, buitengewoon heftig was en ook niet vrij van wraak zucht, maar dat die nooit lang duurde en dat ze er van overtuigd was, dat hij tegen haar geen wrok koesterde. Daarorp weet ik zeker, dat ze niet bang was voor' hem. In het algemeen was. ze echter zeer vreesachtig en woonde bijvoorbeeld bij voorkeur op de derde étage, omdat ze dacht daar het veiligst te zijn tegen inbrekers. Ook was ze erg bang voor de dood, hoewel ze aan de andere kant vurig verlangde naar de her eniging met haar kind." „Waarschijnlijk was ze niet bang voor de dood, doch voor het sterven, dat ze zich als zger pijnlijk voor stelde", zei de voorzitter. „Ja", stemde juffrouw Schwertfeger toe, „ze was erg bang voor pjjn en moest toch zoveel verduren." De officier vroeg 'of de zieke ten gevolge van de pijnen ooit stoornissen of vertroebelingen van de geest had ondervonden. „Neen", zei juffrouw Schwertfeger met een glimlach, de blik op dr. Zeunemann gericht, „ze klaagde er integendeel steeds over, dat haar hoofd bij de heftigste pijnensteeds helder bleef. Eens vroeg ze mij. of ik genoeg van haar hield, om haar ver gif te geven, om haar uit haar lijden te verlossen. Ik schrok erg en zei. dat ik daartoe te veel van haar hield, Ik zou er niet aan kunnen denken, gezwegen dan nog het te doen. Daa.- op vestigde ik haar aandacht erop, welk een behagen ze weer in het le ven zou scheppen zodra ze beter werd •n dat ze misschien weer helemaal gezond zou worden en hoe spoedig dan de pijnen, voor zover ik haar kende, vergeten zouden zijn. Daarop lachte ze en troostte mij én zei, dat ik groot gelijk had en dat ze nog eens hoopte te praten met hetgeen ze zo dapper had doorstaan. In elk ge val was er geen ogenblik, dat ze niet Tekeningen en tekst van WIM MBULDIJK 10,62. Pinda Lekka blaast op de fluit en Ie uitwerking daarvan op de draak is even wonderlijk als het dier zelf. Hij houdt op met grommen en luistert met z'n kop scheef. Dan be gint er diep in zijn lijf iets te rom melen, hij rekt zich uit en... geeuwt zo hartverscheurend, dat Sneeuwvlok het beter vindt een eindje uit de buurt te gaan om niet omgeblazen te worden. De draak sluit met een klap z'n muil, zakt 1063. door zijn poten, legt de kop daarop en... snurktl Pinda Lekka stopt nu - fluit weer in zijn zak en zegt rustig: „Zo, dlaak slaapt. Ho pen dat meestels niet elg geschlok- kenn zijn." „Nou", zegt Sneeuwvlok, „een beetje wel. Piet en Pen zijn tenminste gevlucht en ik heb ook een Angstig minuutje doorgemaakt." „Elg jammel", zegt Pinda Lekka, „dat andele meestels foetsie zijn. Wij nu dus samen de tempel in kun nen gaan. want dlaak niets meel doet. Volg mij, meestel!" (Ingezonden Mededelingen) vam oe Weg 44110 precies geweten zou hebben, wat ze deed." „Er blijft nu nog slechts een vraag over, waarop een ontkennend' ant woord mij reeds in uw vorige ver klaringen lijkt te zijn opgesloten, maar die ik toch uitdrukkelijk ;moet stellen. Heeft mevrouw Swieter haar gescheiden man van de Inhoud van haar testament in kennis gesteld?" „Dat weet ik niet", zei juffrouw Schwertfeger. „Ik denk ;iet niet. Waarom zou ze dat gedaan hebben?" „Dat willen wij voorlopig laten nisten", zei de president. „Gesteld, dat ze het hem had willen mede delen, dan had ze hem moeten schrijven. Daar ze in die tijd steeds bedlegerig was, dus vanzelf niet meer uitging, had ze de brief aan iemand ter hqnd moeten stellen om te laten posten. Dat heeft ze door u niet laten doen?" „Neen", zei juffrouw Schwertfeger. „Heeft ze u eigenlijk ooit. brieven medegegeven om te posten?" „Misschien", zei juffrouw Schwert- feger, dat herinner ik me niet, maar in elk geval geen aan dr. Deruga." „Hij zon misschien anders geadres seerd hebben kunnen zijn om u op een dwaalspoor'te brengen." „O, nëen", zei juffrouw Schwert feger, haar voorhoofd fronsend, „dat zou ze tevoren met hem hebben moeten afspreken. Ze zou nooit zulke achterdeurtjes gebruikt heb ben, daar sta ik voor in." „Ik geloof u, Juffrouw Schwert feger", zei de president na een tijdje, „rk vertrouw op uw waarheidsliefde. U is lerares, de jeugd is aan uw zorg toevertrouwd, u geniet de ge negenheid1 en de achting van uw leerlingen en hun ouders en zult dit niet voor een hersenschim prijs geven. U heeft dus evenmin den beklaqgde op verzoek van uw vrien- öiiV.Van de inhoud van het testa ment in kennis gesteld, als een brief van uw vriendin gepost, waarin deze mededeling vervat was of vervat zou kunnen zijn?" (Wordt vervolgd) beroep op de persoonlijke ervaringen van ieder afzonderlijk. Op grond dezer ervaringen zal iedereen tot de conclusie moeten komen, dat men nóg verrassend veel kan sparen, dat nog talrijke krachten vrijgemaakt-en nqc veel meer offers gebracht kun- neff worden. De aanslag van 20 Juli heeft de gehele natie getroffen en ieder af zonderlijk de omvang der dreigende gevaren onthuld. Het gruwelijke ont waken heeft 't Duitse volk echter niet verlamd, integendeel: het is zich van zijn kracht bewust, en het zal het trotse antwoord op de oproep van den Führer geven: „Wij spelen het klaar."L_ MILAAN, 27 Juli. Op de verjaar dag van de staatsgreep van Badoglio op 25 Juli is op bevel van den Ducc een reorganisatie voltrokken van de fascistisch-republlkeinse partij op militaire grondslag, terwijl overge gaan werd tot de vorming van „Zwarte Brigades". Volgens het bevel van den Duce, gedateerd 1 Juli. wordt de fascistisch- republikeinse partij gereorganiseerd tot een militair organisme. Alle tot de partij behorende fascisten van 18 tot 60 jaar, die geen lid zijn van de weermacht, vormen in het vervolg het .^hulpcorps der zwarte brigades", dat wordt samengesteld uit afzonderlijke actie-afdelingen in „zwarte brigades". Op 25 .Juli zijn 20.000 squadristen (oude fascistische strijders» ingelijfd in de „Zwarte Brigades". Het direc torium der fascistisch-republlkeinse partij wordt gereorganiseerd tot gene rale staf van dit fascistische hulp corps. Het hulpcorps staat onder militaire discipline, is onderworpen aan de krijgswet en aan de militaire recht spraak. De verschillende locale for maties van het hulpcorps staan onder het. bevel van de regeringschefs der provincies'. De fascistisch-republl keinse partij behoudt de tot dusver bestaande politieke taken en zet de haar in de structuur van de fascis tische staat toegewézen politieke taken voort. Directeur: fi. J. Kerkmeester. Bus- eum; hoofdredacteur: Hendrik Llndt, Amsterdam: plv. hoofdredacteur; lr. A H. de Haas van Dprsser, Haarlem: binnenland: J. v. Grieken: illustratie en opmaak: R. Kampstra; volkscul tuur en kunst: H- Wolters; muziek: G. EL Krop; sport: J. J. Llbêr; adver tenties: A. H. hammers, allen te Am sterdam K 112 (Van onze correspondente) BERLIJN. 26 Juli. Elke grote operatie van de geallieerde invasie- troepen loopt vast op het met strui ken begroeide terrein, dat de Duitse techniek van vechten, die haar kracht zoekt in het gevecht van man tegen man, enorme voordelen biedt. Dit ver klaarde ons een lid van de Duitse generale staf, dat zo juist uit Nor mandië in Berlijn is aangekomen. Pogingen om de Duitse linies binnen te dringen, die door de geallieerden altijd worden ondernomen na een voorafgaande sterke artilleriebeschie ting, worden meest reeds in de voorste linie opgevangen. Onder bëscherming van het Normandische struikgewas wijken de Duitse schuttefs op de flank uit en ondernemen van daar uit een tegenstoot om hun positie weer in orde te brengen. Amerikaanse officieren, die in ge vangenschap raken, beklagen zich over de sterke troepen- en materiaal opeenhopingen van de 30 divisies, die elkaar in het nauwe Normandische landingshoofd klaarblijkelijk weder zijds hinderen. Men neemt aan, dat Eisenhower aangedrongen heeft op een snelle verzameling van het eerste invasieleger aan de Normandische kust, zonder af te wachten tot hij de bewegingsvrijheid voor een opera tieve inzet heeft bereikt, omdat hij bevreesd is voor Duitse tegenmaat regelen in het Kanaal, waardoor de ravitaillering gestoord kan worden. De successen van-de Duitse eenmans- torpedo, vertelden zij, hebben als een donderslag in het hoofdkwartier van Eisenhower ingeslagen. De geallieerden zijn nu begonnen met het bombarderen van de bossen in Normandië. Zij hopen zo d£ Duitse tróepenconcentraties en verzorgings- kampén te treffen. Dit is dè tweede fase van een vemietigingsstrategie, die met een systematische vernieling van alle steden en dorpen in het op- marsgebied van de Duitse troepen be gon. Maar ook daardoor zullen zij de Duitse ravitaillering niét afsnijden. De nachten, die reeds langer worden, en het Normandische struikgewas, dat men niet met bommen kan doen ver dwijnen. bieden voldoende bescher ming om de Duitse ravitaillering naar voren te brengen. Aan reserves in de verzorging ontbreekt het niet, daar de zeer hoog gecultiveerde veehou derij van Normandië op het ogenblik haar productie toch niet naar Parijs kan afzetten. Practisch is de meerderheid in de lucht van de geallieerden verlamd door de wijze, waarop de Duitse troe pen het met struikgewas begroeide terrein benutten. In dit gebied zijn alle grote en kleine weiden met stenen wallen, die tot kniehoogte reiken, en met struikgewas tot twee meter hoog omgeven. De kleinste van deze weiden meten 100 bij 100 meter. Dit is het ideale terrein voor den zwaar bewapenden specialist in de strijd op korte af stand, die door zijn bonte camoufla- gehemd in het struikgewas volkomen onzichtbaar is. en die in zijn kuil met het mitrailleurkanon 42 op de loer ligt. „Ik hoorde", zo vertelde ons- de Duitse officier, „dat gevangen ge nomen Canadezen de mitrailleurs 42 „Hitler-zagen'' noemen." Generaal Rommel Rommel, de grote pantsertacticus met vele nieuwe ideeën, is ook in Nor mandië. Hij heeft reeds eerder zijn vindingrijkheid op dit terrein in Afrika getoond. Zijn pantsertactiek in Normandië kan uit twee elementen worden verklaard. In de eerste plaats het gebruik van op een vast punt blijvende pantser,'in plaats van pant- serafweerkanonnen. Dit maakt het afweren van vijandelijke tankaanval- len ook onder de beschieting met bommén en granaten mogelijk. In de tweede plaats heeft, hij zijn pantserformaties ontbondén in zöge- Generaal-veldmaarschalk Rommel bij de Duitse valschermjagers in Nor mandië, in gesprek met den drager van het ridderkruis generaal Meindli (PK. foto Stortz/PBZ-R) naamde jachtcommando's. Daarbij gaan drée of vier „tijgers" of „pan thers" in struikgewas" op de loer lig gen. Daar de tegenstander moet aan vallen. verraadt hij het. eerst zijn positie en blijft daardoor reeds tac tisch in het nadeel. Grote successen heeft de pantser tactiek van Rommel in Normandië behaald door de combinatie van jachtcommando's met uit grenadiers bestaande pantservemictigingstroe- pen. Onder bescherming van het struikgewas, gedekt door hét. vuur van Duitse pantserwagens, werken zich de pantservernietigingstroepen met de „pantservuist" en, zo nodig, met benzineflessen tot aan de vijan delijke tanks naar voren en vernie tigen deze van korte afstand. De nieuwe combinatie van het pant- sernachtcommando en de grenadiers troepen in Normandië doorstaat ook de beproeving bij de verplaatsing van' de aanvalsbasis, waaraan immer een beschieting voorafgaat. Daarbij wor-' den de pantserwagens gecamoufleerd, terwijl de grenadiers in grote gaten onder de pantsers gereed liggen. De uitgegraven aarde van deze gaten wordt in een walletje om de pantser wagen heen opgeworpen en blijkt een goede bescherming voor de rupsban den tegen granaatsplinters te vormen. Kroniek van de Volkstuin Herfstrapen De tijd is voorbij, dat de schouders werden opgehaald voor herfst rapen of herfstknollen, die volgons sommigen alleen maar geschikt zou den zijn voor veevoeder. Wij zijn langzamerhand tot de ontdekking ge komen. dat deze kleine raapjes heel wat smakelijker zijn dan menige grote raap, die smalenderwljs wel eens „Friese peen" wordt genoemd. Overigens, de rapen die wij voor wintergebruik wensen,' kunnen we tot half Augustus nog zaaien. Zware grond komt eigenlijk niet. in aanmérking. Het beste worden rapen geteeld op lichte zandgrond. Waar land van peul vruchten vrijgekomen ls, wordt dit bij voorkeur benut. Rapen verlangen niet veel, doch met enkele dingen houden we rekening. In de eerste plaats maken we voor het zaaien de grond goed vochtig en blij ven bij warmtë, gieten, wat niet alleen de opkomst ten goede kómt. doch ook de aardvloo weg houdt. Verder vragen rapen licht en lucht. Dat betekent onder andere, dat onkruid goed weg gewied moet worden om spierlge plan ten te voorkomen Uitdunnen ge schiedt als de plantjes een paar blaad jes hebben, en wel tot op ongeveer 20 cm. Een kortere afstand levert zeker niet meer op. Na het zaaien harken we de grond luchtig door. pletten deze even, en strooien wat kalk na, om zodoende de koolvlieg. die graag op de rapen parasiteert, -tegen te houden. Wie nog over wat 'derrlspoeder beschikt, kan daarmee laten stuiven om de aardvloo te verdrijven. De wintervoorraad kan omstreeks October worden geoogst. Ontdaün van blad krijgen de knollen een vorstvrlje. doch toch koele plaats. In geen geval worden door de spa beschadigde of aangevreten exemplaren bij deze voor raad geborgen, daar zij licht de ande re aansteken en cok parasieten trek ken. WIJ moeten niet meer voorraad aanleggen dan tot ongeveer Januari, daar ha die tijd de' kwaliteit te veel terug loopt om nog van een smakelijk gewas te spreken. BOEKBESPREKING Letterkunde voor U.L.O. R. Kuitert en A. v. d. Wijden heb ben de moeilijke taak op zich geno men een kleine inleiding tot de let terkunde te schrijven voor Ulo-scho len, met er bij gezochte bloemlezing, Het boekje is er, onder de wat ge wilde titel „Moedertaalkunst", ver scheen het bij J. B. Wolters. Men kan wel detaillof en detailblaam in een critiek neerschrijven waarom bijv. geen woord van Gorter geci teerd maar wel van J. H. de Groot. A. Marja e.tq., maar vóór alles is de vraag van de practijk: is dit niet te moeilijk m.a.w. wordt het niet gauw schijnkennis? Is een „Inleiding tot de nieuwe Nederlandse Dichtkunst" van Verwey niet essentiëler en dus beter dan deze detail-inleidingen? Het gaat er om, de jeugd van de U.L.O. iets mee te geven voor het le ven, iets waardoor zij beter lezen, voelen en denken kan. Is dit dat nodige boekje? Een goed onderwijzer kan stellig met dit boekje wel iets beginnen. Maar een gewoon onder wijzer? De practijk zal het leren. Het Initiatief is te loven. De keuze en de toelichting lijkt niet gek. De rest? Beidt de tijd. M. W. „Officiële" zangbundel In overleg met het departement van V. en K.'en met goedkeuring van den secr.-gen. van het departement van O. W en K. heeft de Stichting Nationaal Zangfeest een schoolzang- bundel samengesteld getiteld „Jong Nederland" zingt zijn volksliederen. De liederen 15 zijn bestemd voor de eerste klas, 6^10 voor de tweede klas en zo vervolgens. Het is de bedoeling, deze liederen verplicht te stellen voor de openbare scholen, naast deze 5 liederen per klas on per leerjaar kun nen dë leerkrachten met de scholie ren dan ook nog andere liederen in studeren, Men Wenst, dat ook op de scholen van het bijzonder onderwijs deze liederen worden geleerd, opdat de Nederlandse jeugd met elkaar de zelfde liederen kan zingen. Men vestigt er de aandacht op, dat de keuze der liederen van die aard is. dat niemand daartegen be zwaren kan hebben. Het merendeel dezer liederen werd dan ook reeds door onze^ouders en grootouders ge zongen. De bundel is opgenomen in de catalogus van leerboekeh. Ter stimulering van de schoolzang streeft de Stichting Nationaal Zang feest er verder naar, schoólzangdagen of schoolzangwedstrijden te doen houden om de schoolzang weer in goede banen te krijgen. Verschenen ls het tweede nummer van de 2lste jaargang van „De Sple- g e 1 van Handel en Wande 1", maandblad voor de handelstaal iNe derlands, Duits, Frans. Engels en Spaafls), thans uitgever De Arbeiders pers, hoofdredacteur dr E. E. J. Mes sing te Voorburg. Het blad ls verfrist en degelljk-zakelijk. Onder de titel „De Kinkhoren" ls in een voortreffelijke vertaling van Casper de Jong 'door de uitgeverij Boot te Den Haag „Das Muschelhorn" van Hans Lelp onder het Nederlands lezend publiek gebracht. Het is dc ge schiedenis van het Oostfries^ geslacht Abdena. dat ln de vijftiende eeuw zijn hoogtepunt vond in den „onge- kroonden stadhouder der Friese gewes ten" Imel Abdena, wiens nakomelingen zich slechts langzaam van zijn diepe val konden herstellen. De kinkhoren ls het symbool der Vltallebroeders of Llkedelors, vrijbui ters van Helgoland, die aan het eind der veertiende.' eeuw dc koophandel teisterden en met wie Imel tot op zekere hoogte gemene zaak maakte, hetgeen hem doér de Hamburgse „Hanze-heren" ten val deed brengan; een val. waarvan zich eerst zijn ach terkleinzoon, de sevcntlende-eeuwse beeldsnijder en scheepsbouwkundige Bojer Abdena, wist te herstellen. De kinkhoren, die ln de familie bewaard bleef, maakte dus door enige eeuwen heen haar wel en wee mede. Men herkent ln dit belangwekkende boek de strakke, maar onder een schijnbaar zakelijke rimpelloosheid be wogen kolkende stijl van den Hans Lelp uit zijn ..Godekes Knecht", welk werk overigens van nog groter diep gang ls. De uitnemende vertaling heeft de schoonheid van deze stijl met piëteit bewaard, hetgeen de leesbaar heid van dit boek nog boven de aan trekkelijkheid van de stof doet uit stijgen. G. K. KROP. DIT MBRK SN DG NAAM GA RANDEEREN oe KWALITEIT VAN HET PRODUCT Klaar in een wip! ARNHEM too Arnhem of* zijd zender rij# eeuwenoude Ned er- rjjnache St. Euze- bins-toren. En wal zou Nederland rija zonder de traditie van het dageljjk- iche kopje troost, dat ons oog altijd wacht, dank cjj Niemeijer's koffiesurrogaat Noordse popularisa+ie Op de omslag een Indiaan-achtig of Arabisch plaatje. Het lijkt wel een Karl May-historie. Titel „De roof van de heilige hamer", papieren rug. die direct stuk is, helaas. Schrijver: Hjal- mar Kutzleb. Deed voor Duitse lezers een poging, schrijft hij' in een na woord, om in het „grote gebrek" te voorzien, „dat de Noordse godensagen nog steeds in Duitsland niet bepaald populair zijn geworden" Meer dan vertalen is nodig. Inbur geren, zegt hij. Daarom heeft hij een sage van den onweersgod Thor „ver- boerst". er een verhaal met Neder- saksische Öoeren doorheen geweven. Er is voor die methode iets te zeggen. Zij is echter ook geyaarlijk, omdat er iets kunstmatigs blijft in de aldus gelegde banden. Past men de methode toe, dan lijkt mij het beste voor ver schillende gouwen verschillende be werkingen toe te passen, omdat deze popularisaties pas kunnen slagen als zij met innerlijk leven uit de huidige wereld gevuld worden. „Wilde ik mijn doel, den Duitser op voet van gemeen zaamheid te brengen met de Noorse godenwereld, bereiken, dan moest ik de stof in een gemakkelijker vorm gieten (dan het toneelstuk „Thors Hamer", dat schrijvers eerste poging was). Ik geloof dan ook. dat een poging 'net doel te bereiken met een door een Nederlander vanuit de Ne derlandse gevoels- en gedachtenwereld meer succes zou kunnen hebben, hoe wel de poging hachelijk want dubbel slachtig blijft en hoewel het mis schien doeltreffender is de juiste geest van de Noordse godenwereld te wek ken bij de onderwijzers en opvoeders door de oorspronkelijke documenten en een Juiste cultuurhistorische inlei ding en dan het verdere over te laten aan het vrije vertellen. Want voor een verhaal-naast-andere-verhalen <b.v. van Karl May) is deze wereld toch te veel betekenend. M- W. Een journalistisch b<^elc Bij de C. V. Uitgeveren v.h. O. de Boer Jr. te Den Helder verscheen ,,'t Juttersjong" van Anthony van Kampen, een jongensboek over Den Helder en het Nieuwe Diep, zoals de zeelieden het water daar noemen. Het verhaal begint echter, wanneer Jan Kuiper, een Helderse Jongen, cüe zo graag naar zee wil, maar voor de Zeevaartschool wordt afge keurd, de H.B.S. reeds verlaten heeft. Een specifiek jongensboek is ,,'t Juttersjong" dan cjk niet. al spreekt er ook nog zoveel heimwee uit naar dagen, die Voor den schrij ver voorbij zijn. Die Jan is trouwens, ondanks alle pogingen hem de hoofdrol te latenspelen, de minst interessante figuur, ook al is hij ons om zijn verlangen naar de jour nalistiek niet onsympathiek. Interessant zijn wel de zeeridders uit de dagen van Dorus Rijkers, waarvan de schrijver enkele span nende avonturèn weergeeft. De bes te delen van dit boek zijn die, waar in de schrijver zijn Jan Kuiper in stormachtige nachteh de helden- strijd der sleepbootbemqnningen laat meemaken. Spannend en met vaart geschreven is bijvoorbeeld ook het hoofdstuk: de gezonken duik boot, Dat is journalistiek uitstekend werk, niet van Jan Kuiper, maar van Anthony van Kampen. W. H. KRUIDERINK. HET lb ELF UUR IN DEMONEN ."KOM, IK^AEEN I40PJEKOFFI ZETTEN;ZEC,T MAM.' FUN''VINDT WiEP.'kR'JC IKOOK?" BEDELT Wir%,DlE MET DETONC, UIT Z'N MOND PENARABJER NATEEKEN7 DIE OP HET SIMON DE WIT'S KOFFIEPAKSTAAT. 'MOEPER ISB'J ALLE KÉNNIb SEN'BEROEMD'OM HAAR KOFFIE .ZOOALS ALLE. KLA., TEN VAN SIMON PEWIT ROGGEBROOD van nature zoet ROTTERDAM DEN HAAG l Telef. 38427 Telef. 333298 i'jriij^aiiuiJTTiTnr fn het clublokaal van de biljartclub „Carambole". Prima materiaal £n fiVlma consumptl^ net echt Faler wordt 't nog beter, want dan krijgen de heeren THEK4«4) KEN JE HAAR 7 V Vro«gor haatte ra ander*. 4 2e beeft mi/i s fe/is weiveet succes. 2 ff ls te vffftrco*e/2 Het ouderwetsche poetsmiddel I Vraag! Uw winkeliarl CERA FABR. Postbus 87, Hilversum,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Dagblad voor Leiden en Omstreken | 1944 | | pagina 2