Crisis in de Veiligheidsraad
Nederlandsche voorstellen aan Indië
Medelijden
eigen lijden
Plotselinge onderbreking der besprekingen
en daarna verdaging
Woensdag 6 Febr. 1949.
Hoofdred.Rector H. Sondaal.
Mr Dr C Ch. A. van Haren.
Directeur: G. van Elburg.
Bureaux: Papengracht 32. Tel
Red 20015. Adm. 20826.
Abonnementsprijzen: f 0.26 per
week, f 1.10 per maand,
f 3.20 per kwartaal. Franco
oer post f 4.20.
No. 191
Katholiek Dagblad voor Leiden en Omstreken
is de vrucht
van vroeger
|~v M NEGEN UUR gisteravond opende de voorzitter, de afge,-
vaardigde van Australië, Makin, de vergadering, om in een
nieuwe zitting de kwestie van de aanwezigheid van Engelsche
troepen in Griekenland, welke volgens Wisjinski een gevaar voor
den vrede beteekende, te bespreken.
DE GROOTE VIJF „ONDER ONS"
De voorzitter hield een rede,
waarin hij waarschuwde, dat
het stadium waarin de bespre
kingen bij de vorige vergade
ring waren geëindigd, een ern
stige bedreiging vormden voor
het welslagen van het werk.
Hij stelde voor de debatten te
sluiten zonder formeele beslis
sing, maar dat men hèm, den
voorzitter, zou toestaan een
verklaring af te leggen, dat de
Engelsche troepen de wereld
vrede niet bedreigen.
Hierop stelde de afgevaardig
de van Polen een korte onder
breking van de vergadering
voor, opdat de leden van den
Raad onderling overlag zouden
plegen. Met den raad van den
voorzitter Makin: „Denkt er
goed over na", verlieten de ge
delegeerden de zaal.
Vijf minuten werden twee
uur.
Bevin, de afgevaardigde van
Polen en die van de Ver. Sta
ten gingen tegelijk met Makin
naar buiten. Makin keerde ech
ter spoedig terug en na een
paar woorden met Wisjinski te
hebben gewisseld, nam hij ook
hém mee.
Na vijf minuten werd ook
Min. Bidault van Frankrijk, en
ambassadeur Wellington Koo
naar het vertrek geroepen,
waar reeds de anderen aanwezig
waren. Het korte „onderonsje"
ging toen blijkbaar uitgroeien
tot een formeele zitting van de
„groote Vijf". Om kwart over
elf keerde Makin terug, gaf
geen enkele verklaring af en
stelde een verdaging voor tot
hedenavond tien uur.
Al zei Makin niets, het was
duidelijk: de „groote Vijf" wa
ren het nog niet eens gewor
den.
Afleidings-manoeuvre?
De crisis bij den Veiligheids
raad van de Uno wordt op het
oogenblik in de schaduw ge
steld door dat, wat men in Lon
den een veel grootere meer na
bije dreiging acht, namelijk de
wereldhongersnood, die het on
derwerp van gesprek vormt in
geheel Engeland, sinds de ern
stige verklaring van Sir Ben
Smith, den Engelschen Min.
voor de Voedselvoorziening, die
in het Lagerhuis verlaging van
de voedselrantsoenen in het
vooruitzicht heeft gesteld en in
een radiorede Dinsdagavond
zeide, dat de Engelsche regee
ring de voedselpositie als een
oorlogscrisis behandelt.
Koffers openmaken,
heeren!"
De gedelegeerden van de
Uno is aangezegd, dat zij niet
meer voedingsmiddelen dan ter
gewicht van 15 Engelsche pon
den in totaal uit Engeland mo
gen .meenemen, terwijl daaron
der niet meer dan twee pond
van elke soort mag zijn. Voorts
is hun verboden postzegelver-
„Uzerveem" is de naain van de gemeen lelijke opslagplaats aan de Merwelia-
ven te Rotterdam, waarheen alle door de Duitschers vernielde kranen en ha
veninstallaties werden gebracht. De nog in goeden staat zijnde staven en bal
ken worden nauwkeurig op maat gesorteerd en opgeslagen, om binnenkort
_voor verschillende doeleinden gebruikt te kunnen worden. Van Rhijn-P.
zamelingen van grooter waarde
den vijf pond sterling, bestemd
voor landen buiten het Ster-
linggebied, uit te voeren. Zij
mogen evenwel twee pond ge
wicht aan zeep meenemen,
maar het is hun verboden
vuurwapenen, patronen, rubber
buiten, en binnenbanden uit te
voeren. Juweelen, voorzoover
zij persoonlijk bezit zijn, wor
den vrijgegeven.
Eind deze week
g JAHRIR is gisteren met het geheele „kabinet" naar Soera-
karta vertrokken om een bijeenkomst bij te wonen van on
geveer tweehonderd plaatselijke bestuurders. Sjahrir zal de
bijeenkomst toespreken en wordt aan het einde van deze week
te Batavia terugverwacht, waar hij waarschijnlijk met van Mook
een ontmoeting zal hebben. Men verwacht, dat er dan Neder
landsche voorstellen aan de Indonesiërs zullen worden voor
gelegd.
V oorstellen veranderd
Mr Gilbin, chef van het Amerikaansche
Roode Kruis voor Europa, arriveerde
in Den Haag voor het afleggen van eeni-
ge bezoeken in ons land. Bij zijn aan
komst werd Mr. Gilbin door een kleuter
met bloemen verwelkomd. Meljer-P.
Volgens gezaghebbende krin
gen had de Nederlandsche
regeering eenige verandering
in de door van Mook uit Ne
derland meegenomen voorstel
len aangebracht. Onbevestig
de berichten vermelden echter,
dat de oorspronkelijke voor
waarden een bepaling bevat
ten, waarin zelfregeering voor
Indonesië gedurende langen
tijd zou worden uitgesteld. De
ze zinsnede zou door de In
donesiërs zeer koel ontvangen
zijn.
Indonesiërs versterken hun
positie.
„Het is tot nu toe nog niet
bekend, of slechts Sjahrir en
zijn „kabinet" bij de bespre
kingen vertegenwoordigd
zullen zijn, of dat er een bij
zondere commissie voor dit
doel zal worden benoemd.
Maar de nationale regeering
zou gedurende de besprekin
gen zeer versterkt kunnen
1 optreden, indien een aantal
leiders van de sterkste groe
pen en partijen in onze
maatschappij tevens aanwe
zig zou zijn. Het is zaak
een vertegenwoordiging van
de verschillende Nederland
sche gebiedsdeelen samen te
stellen, die dermate repre
sentatief is, dat zij vertogen
van de oppositie, als zou de
regeering van Sjahrir niet
door het geheel Indonesische
volk worden gedragen, van
de hand kan wijzen." Aldus
de „Merdeka".
De „Merdeka" noemt als
twee van de meest op den
voorgrond tredende leiders Ha-
mangkoe Boewono, sultan van
Djokjakarta eti Tan Malaka,
den leider van de communis
tische partij.
Met het oog op de huidige
politieke ontwikkeling in de
„republiek" staat het wel
vast, dat deze zaken op de
aanstaande conferentie te Soe-
rakarta uitvoerig besproken
zullen worden.
Eerste zitting' van het Geal
lieerde Militair Gerechtshof.
Door een toeval draagt de
eerste Indonesiër, die voor het
geallieerde militair gerechts
hof terecht zal staan, den naam
Soekarno, Hij is geen familie
van den „president".
De eerste zitting van het ge
rechtshof zal heden plaats heb
ben. Drie Indonesiërs zullen
terecht staan, die ervan be
schuldigd worden getracht te
hebben, Chineesche kooplieden
met handgranaten te intimi-
deeren en wapens in hun be
zit gehad te hebben. Boven
dien is tegen hen een aanklacht
wegens plundering ingediend.
Als advocaat zal een Indone
siër optreden.
MEDEDEELING OVER
INDIë.
Op verzoek van den Min.-
President zullen morgen de
beide Kamers der Staten-Ge-
neraal in comité-generaal bij
eenkomen. De Tweede Kamer
om één, de Eerste Kamer om
4 uur. De Regeering zal dan
mededeelingen doen betreffen
de Nederlandsch-Indië.
LUCHTLIJN AMSTERDAM
PRAAG GEOPEND.
Maandag is zonder eenig of
ficieel vertoon de luchtlijn Am
sterdam-Praag geopend. Op de
lijn zal voortaan per week met
drie vluchten vice versa een re
tourvlucht worden onderhou
den en wel op Maandag, Woens
dag en Vrijdag.
fép, tyd kamen, deepen
In Den Haag vertelt men het
volgende:
Er wordt hard gewerkt op de
departementen, d.w.z. zéker
door de Ministers en als je zelf
het voorbeeld geeft van hard
werken en op tijd komen, dan
kun je het ook met recht ver
langen van aldegenen die met
je aan diezelfde taak moeten
arbeiden. Nu komt het echter
nogal eens voor dat enkele
sommige velen? last heb
ben van een naloopende klok,
waardoor, als ze op hun afdee-
ling binnenkomen de correcte
verbazing op hen neervalt:
;,Hé.is het al tien uur? Dan
is mijn klok een uur achter.
Op een goede morgen staat
in de portiersloge van een van
de departementen,een stille, be
scheiden mijnheer. Hij groet
iedereen vriendelijk, heer en
dame. die de stoep opwippen
en langs de loge gaan. De klok
wijst vijf minuten voor 9. De
wijzers verspringen regelmatig
op de electrische ademhaling en
dan is het spoedig vijf over 9
en een mijnheer tracht heel rus
tig naar binnen te komen.
Maar de keurige heer in de
portiersloge houdt hem staande,
„Bent hier werkzaam?"
Uw
„Inderdaad, jae!"
„En mag ik misschien
naam weten?"
„Is dat beslist noodig?"
„Ja!"
De naam wordt (genoteerd en
dan klinkt het doodnuchter: „U
gelieve voortaan op tijd te ko
men!"
De laatkomende mijnheer is
eenigszins gechoqueerd en
beent haastig naar boven.
Zoo tegen kwart voor tien is
het een vlotte steno-typiste.
Ook zij wordt door de keurige,
bedaarde heer gevraagd: „Bent
U hier ook in dienst?" Op het
bevestigend antwoord komt
wederom een vermaning: „Dan
behoort U op tijd te komen. Dat
behoort hier iedereen te doen,
van minister tot portier toe!"
„Jaaaa.... het was zoo'n
mooie film gisteravond en, ach,
toen nog even gezellig zitten
en ik heb mijn wekker niet ge
hoord!"
„Vroeger naar bed gaan, juf
frouw, maar op tijd komen!"
Het is half elf.
Er stopt een auto.
Een majoor, zwarte actetasch
onder den arm, komt met for-
jfc Geen oorlog van
volk tegen volk
Het Parool zwelgt.
HET PAROOL zwelgt in
cijfers. Twintig duizend
menschen hebben in de
Amsterdamsche Markthallen
naar hun sprekers geluisterd.
De sprekers werden telkens
door applaus onderbroken. Het
was slecht weer, maar er kwa
men twintig duizend menschen,
die drie uur lang naar resp.
tien sprekers stonden te luiste
ren.
Het „Parool" weet niet, hoe
zich te draaien bij zoo'n macht
van het getal.
De twintig duizend waren
natuurlijk niet al te duidelijk
in hun wenschen, maar volgens
Het „Parool" moet het toch
aandoenlijk zijn geweest.
Er werd daar gesproken van
een jong en krachtig volk, dat
zelfbestuur verlangt. Wij Ne
derlanders moeten weten, zoo
werd ons verteld, wat onder
drukking van de vrijheid be-
teekent (applaus).
Het was alles-van-dik-hou't-
zaagt-men-planken. Van een
uiteenzetting, wat zeggen wij,
van het noemen slechts van
het zegenrijk Nederlandsch
bewind voor de Volken van
Indië, was natuurlijk geen
spraken. Het onverantwoor-
lijk extremisme werd eenvou
dig op de Japanners afgescho
ven en de uitspattingen der
extremisten zouden wel wor
den gestraft.
Tegenover de orde van het
kerkhof, werd de orde van de
vrijheid gesteld!
Het geheel maakte een iet
wat daemagogischen indruk.
Wie niet beter wist, zou tot
de conclusie moeten komen,
dat er ginds in Indië een vol
komen mondig volk slaafs
wordt onderdrukt.
„Voor een vrij Indonesië zet
„Het Parool" boven het snor
kend verslag waarin met
geen lettergreep de eenheid
van het Koninkrijk der Neder
landen wordt genoemd.
Misschien verschillen wij in
onze wenschen niet veel van
die der betoogers en komt het
slechts door ons gering geloof
in dergelijke opgewarmde be
toogingen, welke, naar onzen
smaak, daarenboven te veel de
nadruk leggen op het getal,
dat wij meenen, dat de Indi
sche èn de vaderlandsche
zaak op rustiger wijze beter
kan worden gediend.
Als de „Telegraaf" nog be
stond maar die bestaat im
mers niet meer! zou men
zeggen: Daar hebben ze het
van over genomen".
Ziehier een typeering van het
verstag: „Zij (mei. Poetiray) hield een
rustig, zakelijk pleidooi voor de rech
ten van liet Indonesische volk."
„Laten", zoo riep mej. Poetiray
hartstochtelijk uit, deze heeren er zich
wel van bewust zijn, dat de tijden van
van Heutz voorbij zijn".
„Heftig" was haar critiek op het be
leid van minister Meijnen".
Het teekent de critieklooze sfeer,
waarin een dergelijk verslag moet wor
den geschreven.
sche militaire stap het heilig
dom binnen.
De keurige mijnheer in de
portiersloge houdt ook hem
aan.
„Bent U hier werkzaam?"
„Ja! Maar potverhierengun-
der.wat gaat iou dat aan?
Wie ben jij eigenlijk?"
„Excuseer", luidt het ant
woord. „U behoort u tijd te ko
men! U hoort hier om 9 uur te
zijn.
Opnieuw onderbroken". Nog
maals voor den dowaar
bemoei jij je mee, wie ben jij?"
„Als U dat zoo heel erg
graag weten wilt, ik ben Mey-
nen. Minister van Oorlog!"
De majoor vloog in de hou
ding.
„U kunt gaan, maar U komt
voortaan precies op tijd".