uuuu BEZETTING VAN JAPAN Het bezit van N.S.B.ers ZONDAG ONDERTEEKENING CAPITULATIE Japansche premier spreekt DE TOL AAN DEN OORLOG Nederlandss verivoeste boerenwoningen KONINGINNEDAG Donderdag 30 Augustus 945 No. 6T VWWVWWWVVWWWWWWWWW Katholiek Dagblad voor Leiden en OmstrekeS Begin Sept. aanvang der cursussen MIDDENSTANDS DIPLOMA en 1790 PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN J. Naber Jr. Steenschnur 11 KNRCHT HoofdredacteurenRector H L,. j m. Sonaaai en Mr Di w A van Haren; Reaacteuren: Prol. Dr. W. Asselbergs (Anton van Duinkerken) en Joop Siebelt: Directeur: G G van Elburg. BUREAUX REDACTIE EN ADMINISTRATIE: OUDE RIJN L. TELEFOON 22777. Abonnementsprijzen: t. 0.26 oeT week 1.1.10 oer maand 3 20 per kwartaal Franco oer oost f. 4.20. WEERBERICHT. medegedeeld door het K.N_M.I. de Bildt: Geldig van Donder dagavond tot Vrijdag avond. Zwaar bewolkt, plaat selijk eenige regen, zelfde temperatuur, zwakke wind. De geallieerde bezetting van Japan is heden begonnen met de landing van Britsche mariniers op twee kieine eilanden in de baai van Tokio. Sterke Arae- rikaansche amphibie-strydkrachten zullen volgen om de vlootbasis Jokosoeka in bezit te nemen. Mac Arthur zal op het Atsoeki-vliegveld aankomen. De for- meele onderteekening van de capitulatie geschiedt a.s. Zondag op het 35.000 ton groote slagschip „Missouri". De nieuwe Japansche Min. Presi dent Prins Naroehiko Higasjikoeni heeft zijn eerste persconferentie ge houden en daarbij o.a. gezegd, dat de eenige weg voor de Japansche natie om haar geliefde nationale politiek te handhaven en het Japansche nationale leven te herstellen was, alle capitula tievoorwaarden, die de geallieerde mo gendheden opleggen, trouw uit te voeren. Als oorzaken van Japans nederlaag noemde hij een achteruitgang in, en een verlies van de militaire macht, voorts het gebruik van de atoombom en de deelneming van Rusland. De re geering en de militaire autoriteiten waren blijven vasthouden aan praktij ken, welke het land naar de nederlaag leidden. Ten slotte waarschuwde de premier tegen al te hoopvolle verwach tingen in zake de komende voedsel voorziening. Radio Tokio heeft ónder meer ver klaard: Wij hebben ons dapper ge weerd, maar den strijd verloren. En als wij terugzien op het verleden dan moeten wij één ding grif erkennen: namelijk, dat wij er in gefaald zijn de goodwill van de landen der zuide lijke gebieden te winnen. De Philip- pijnen, Oost-Indië en Indochina waren GOUVERNEUR-GENERAAL NAAR DEN HAAG. Jhr. Tjarda van Starkenborch Stachouwer, gouverneur-gene raal van Nederlandsch-Indië zal binnen enkele dagen naar Den Haag vertrekken. uitzonderingen op dezen regel. De ge- heele kwestie is tot twee punten terug te brengen: Ten eerste, op de door ons gebezigde methode en, tweedens, op onze capaciteit om dezen stap te on dernemen. Wat het eerste punt be treft moet toegegeven worden, dat onze bedoelngen goed waren, maar dat onze methode niet deugde. Wat punt twee betreft: ons falen dient geweten te worden aan een gebrek aan begrip voor gevoelens van anderen. Voorts hebben wij de fout begaan alles te snel te willen doen, hetgeen de Amerikanen in de toekomst ook in acht zullen moe ten nemen. Iedereen kent het groote aandeel, dat Fieldroarshal Montgomery gehad heeft in de operaties, welke tot de bevrijding van Nederland hebben geleid. Zaterdag' 1 September zal deze ongetwijfeld bui tengewoon populaire aanvoerder voor korten tijd een bezoek brengen aan Amsterdam. De Fieldmarshal zal des morgens 11 uur op het vliegveld Soes- terberg aankomen en daar worden ont vangen door Z.K.H. Prins Bernhard, met wien hij zich naar het paleis Scestdijk zal begeven om vervolgens door H.M. de Koningin te worden ont vangen. Tevens zal de hooge gast dan den Minister-President ontmoeten, om te 11.45 uur niet dezen samen naar Am sterdam te vertrekken. Na een korte wandelrit door de hoofdstad van plm. 12.15 tot 12.45 uur /i! hem vervolgens door de regeering een noenmaal it' het Amstel-hotel worden aangeboden. Na deze lunch zal hij om plm. 14.00 naar Schiphol gaan, om vandaar uit met een gereedstaand vliegtuig te vertrekken. Blijkens een mededeeling van het Departement van Openbare Werken zijn meer dan 8000 boerenhofsteden gedurende de oorlogsjaren verwoest en voor gebruik volledig ongeschikt geworden. In dit cijfer is niet begrepen de schade, die door de inundaties op Wal cheren en in de Wieringermeer aan de boerderijen is aangericht. Deze schade zal pas bij het droogvallen der gronden kunnen wordien opgenomen. Gerekend wordt echter, dat een be langrijk percentage voor slooping in aanmerking zal komen, zoodat er naar alle waarschijnlijkheid nog een duizend boerenhofsteden gevoegd moeten wor den bij de reeds getelde, verwoeste boerderijen. Een vergelijking met het cijfer' der vernielde of gesloopte huizen, die voor namelijk in stads- en dorpskernen ge legen zijn (pl.m. 85.000) doet nog eens blijken, hoe groot de tol is, die het platteland aan den oorlog heeft moe ten betalen. Daar is zoo hier en daar nog al wat over te doen. Op sommige plaatsen deelt men meubelen enz. uit aan gedupeerden en joden. Op andere plaatsen heeft men kort na de bevrijding de goederen die aan bederf onderhevig waren, zooals etens waren en dergelijke, gedistribueerd aan ziekenhuizen en andere inrich tingen. Nu zijn de overigs goederen, kleeding schoeisel, dekking', aan de beurt. Terecht zijn er menschen die daar tegen bezwaar maken en weigeren daartoe mee te werken. Te meer wanneer men dit wil laten doen op naam van H.A.R.K. of N.V.K. Hoe staan de zaken feitelijk? Het gaat over bezittingen van men schen, die nog niet veroordeeld zijn. niet verbeurd zijn verklaard. Nu spreekt vanzelf dat het zotheid is om levensmiddelen te laten be derven. Geen mensch kan bezwaar maken dat die ddar worden gebracht waar ze het meest noodig zijn. Maar die kous is allang af en daar breit men ook niet aan. Men kan zich ook nog vereenigen met de opvatting, dat meubelen van N.S.B.'ers in bruikleen worden gege ven tegen afgifte van bewijs enz. aan menschen, die door de Duitschers en hun handlangers, de N.S.B.'ers, van alles zijn beroofd. Maar het feit dat men spreekt van „bruikleen", en verder bepalingen maakt over restitutie, bewijst al dat men toch maar niet zoo voetstoots alle bezitrecht onderste boven wil loopen en Duitsche methodes gaan toepassen. Juridisch is het volkomen feut om het bezit van menschen die nog niet zijn veroordeeld, maar klakkeloos in beslag te nemen en her en der aan Jan, Pie,t en Klaas te geven. Het is lang niet ondenkbaar en zelfs heel waarschijnlijk dat er straks men schen vrij komen die geheel of bijna geheel, onschuldig zijn en die de op gelegde straf hebben uitgeboet door den tijd die ze hebben vastgezeten. Als zoo iemand, of zelfs een geheel gezin, zijn bezit verdeeld vindt en op de keien staat is dat een grof om-echt en is aan hen diefstal gepleegd. Nu kan men als eisch stellen, dat men in den nieuwen tijd vooral „fel" moet zijn, maar deze eisch tot felheid impliceert geen eisch tot onrecht. Pel, goed, maar dan ook fel in het recht geven en het recht handhaven. Nu komt ook de kwestie van textiel ter sprake. Mag men dit maar gaan uitdeelen? Kan men pakken en mantels, direc toire en kousen, schoenen en sokken nu doen veranderen van eigenaar? Wij meenen in het algemeen ge sproken van niet. In bijzondere gevallen van wel. Wanneer is het, dunkt ons, moreel geoorloofd? Zwaar getroffen zijn onze provincies Gelderland en Brabant met 2100 en 2000 .vernielde boerenplaatsen. Ook in Zeeland heeft de boerenstand geleden. Ongeveer 1000 boerderijen, waarvan een groot deel in Zeeuwsch-Vlaar.de- ren, zijn daar verwoest. In Limburg heeft de telling het cijfer 1200 opgele verd. Daartegenover staat Friesland met slechts 34 vernielde boerderijen. Intusschen is ook de wederopbouw van deze boerenplaatsen hard aange pakt. In totaal zijn op dit moment reeds meer dan 1000 noodwoningen en noodstallen gereed gekomen. Voorts zullen binnenkort 14C0 van dergelijke gevallen van noodherstel ge reed komen. Ten eerste wanneer vaststaat dat de betrokkenen Inderdaad voor een ernstige veroordeeling in aanmerking komen, wanneer zij dus inderdaad zwaar schuldig staan. Daarbij moet men onderscheid maken tusschen vrouw, man en kinderen. Als de man „fout" waSj maar de vrouw alles heeft gedaan om de zaken nog recht te hou den, is het grof onrecht vrouw en kin deren in de straf te doen deelen. Vervolgens moet men, aan de hand van distributie gegevens, uitmaken of de voorraad textiel e.d. normaal of abnormaal is. Men vergelijke de textiel en klea- dingpositie van een Nederlandsch ge zin na vijf jaar systematische uitplun dering met de inventaris van N.S.B. gezinnen. Welnu, wanneer van sommige N.S.B. -ere de schuld inderdaad vast staat en hun bevoorrading uitgaat boven het geschetste peil van uitplundering', dan is er dunkt ons, geen bezwaar om dat overschot te distribueeren. Er zijn gevallen dat b.v. twee N.S.B.-dames tezamen over 250 japon nen beschikken. Ze zitten samen in de kazerne. Deel gerust van die japonnen en mantels uit. Dat is misschien tegen de letter van de wet maar het is mo reel volkomen verantwoord. Recht is: dat men moet zorgen dat voor iedere gevangene datgene ter be schikking overblijft wat gemiddeld een man, een vrouw, een kind in Nederland aan kleeding en dekking bezat op 5 Mei 1945. Zoo maar kort weg alles weghalen en weggeven gaat niet. Maar wat gehamsterd is, wat verkre gen werd krachtens de bevoorrechte positie die de N.S.B.'ers bij de verdee ling der goederen innamen, dat alles brengen in die gezinnen waar de nood het hoogst is, dat lijkt ons gerecht vaardigd en moreel verantwoord. Morgen, de verjaardag van H.M. de Koningin, verschijnen er geen dagbladen. P Zondag 28 Augustus 1898 lieten LJ de Aartsbisschop en de Bis schoppen van Nederland van de kansels der Katholieke Kerken een herderlijk schrijven voorlezen naar aanleiding van de troonsbestijging dei- toen 18-jarige Koningin Wilhelmina. In dit Bisschoppelijk schrijven werd gezegd „Haar blijde zorgenvrije jeugd ver wisselt zij thans voor een leven van hooge ernst, van zware verantwoor delijkheid en nimmer rustende zor gen. Zij moet het recht handhaven en bedeelen, het recht, zonder welk geen gemeenschap staande kan blij ven. Zij moet het goede bevorderen en het kwade bestrijden. Zij moet de hooge rechter zijn voor zwakken en sterken, voor armen en rijken, voor grooten en kleinen. Voor armen en zwakken vooral de beschermster, de schutsvrouwe tegen nood en geweld. Hoog als de naam, die Zij draagt, even hoog is haar plicht. En de gratie Gods, die Haar ver heft, is ook de steun, die Zij noodig heeft". Met de statigheid, aan herderlijke brieven eigen, werd hier Koningin Wilhelmina ingeleid bij het Katholieke volk en werd in hooge bewoordingen de zware taak geschilderd, die in de toe komst haar deel zou zijn. Zevenenveertig jaren zijn er sinds dien vei'loopen. En op het oogenblik is zij op het vasteland van Europa de eenige overgebleven regeerende vorstin bij die gratie Gods, maar zeer zeker ook bij de gratie van haar volk. De vijf oorlogsjaren waren een om wenteling voor ons land en ons volk, en die jaren hebben krachten in ons wakker gemaakt, waarvan wij niet wisten dat zij daar verborgen sluimer den. Maar ditzelfde geldt ook voor haar, wier feestdag wij heden vieren. In de oorlogsjaren heeft zij een kracht ge toond en een persoonlijkheid naar bui ten gedragen, die voor velen van ons onbekend was en die menigeen nooit in haar had vermoed. Hebben deze vijf oorlogsjaren haar en haar volk veel leed gebracht, zij gaven ons déze winst, dat Volk en Koningin dichter bij elkander kwamen, elkander beter leerden waardeeren en dat thans wel bijna allen beseffen, dat met Oranje het aanzien van Nederland staat of valt. De Katholieken van Nederland zijn nooit tekort geschoten in trouw aan de Koningin, in trouw aan het Huis van Oranje. Maar wij zouden de waaiiieid tekort doen, wanneer wij beweerden, dat de Katholieken altijd het bewust zijn hebben gehad, dat ook voor hén de Koningin in den vollen zin van het woord de „Landsmoeder" was, en dat zij als katholieken niet min of meer werden achtergesteld. Verschillende daden en uitingen zelfs nog onder den oorlog, gaven aan dit spijtig vermoeden maar al te gretig voedsel. De bevrijding van ons land en de terugkeer van de Koningin gaven en geven nóg gelegenheid te over om op vattingen hier en daar soms zeer scherp geuit, te rectificeeren. Daarom staat heel het Nederlandsche volk thans in al zijn geledingen eendrachtig geschaard rondom Haai- persoon, in zuivere sympathie en eerlijke aanhan kelijkheid. Zij, diie Koningin is bij de gratie Gods en die overal en ten allen tijde van haar geloof in God en van Zijn leiding getuigenis heeft afgelegd, moge de bijstand Gods en Zyn alvermogende Wysheid in ruime mate ontvangen om Haar zware taak tot zulk een einde te brengen dat dit Haar eenmaal een on-- welkbare kroon van eere Torme.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

De Burcht | 1945 | | pagina 1