Puntjes op de i
OFFKIEELE PUBLICATIE
N.V. H.
Gebecl van een vlieger
BINNENLAND
STADSNIEUWS
Academisch leven
Bemin Uw vijand.
Evang. Matth. 5. 20-24
Thomas Morus, Lord-Kanselier van
Engeland, Martelaar voor ons heilige,
katholieke geloof en nog niet zo lang
geleden gekroond met de eer der hei
ligen, kraste met zijn nagels op de
wand van zijn gevangenis de volgende
merkwaardige en overwegingrijke
woorden
„Al de menschen die me kwellen en
martelen zullen of eenmaal voor
eeuwig verloren gaan of voor eeuwig
gelukkig worden.
Gaan ze voor eeuwig verloren dan
staat hen zoo'n verschrikkelijk lot te
wachten dat gij bij die gedachte toch
wel geen behoefte kunt hebben ze in
dit leven kwaad tóe te wenschen. Het
komt dan toch wel en veel erger!
Worden mijn kwelgeesten echter
door Gods genade geroepen en gehol
pen naar de eeuwige zaligheid dan
zal ik hen daar in dat eeuwig geluk
als mijn deelgenooten in Gods welda
den moeten liefhebben.
Daaromkan ik het beste nu al
beginnen mijn vijanden lief te hebben.
Ik bid U Heer vergeef hun al het
kwaad, want ze weten niet wat ze
doen."
Men kan dergelijke uiting de held
haftige moed noemen van een door
God op bijzondere wijze gesterkte
Martelaar en dan redeneeren honderd
uit over al het kwaad dat de men
schen ons toch wel hebben aangedaan
en trachten onze haat en onze nijd
en onze blijvende afkeer goed te
praten.
Maar.Martelaar of niet, de rede
neering van deze heilige Kanselier is
de klemmende juistheid en niet te ver
woesten waarheid.
Christus kende ons menschen wel
dóór en dóór toen Hij herhaaldelijk
over de naastenliefde sprak, toen Hij
dat groote gebod stelde als basis en
grondslag van alle andere geboden.
Zijn niet alle zonden eigenlijk uit
vloeisels van een verkeerd geregelde en
onbeheersohte liefde voor ons zelf?
Gaat de groei van ons geestelijk
leven en de ontplooiing van de deug
den niet gelijk op met de mate waarin
we toenemen in onze naastenliefde?
Christenen, dat wil zeggen menschen
die Christus navolgen, die Christus'
leer aannemen, mogen zich niet met
het middelmatige tevreden stellen, ze
moeten streven naar het heldhaftige,
naar het bovenmenschelijke dat God
door Zijn genade in hen mogelijk
maakt en bevordert.
Daarom moeten wij goed zijn niet
alleen voor menschen die „ons niet
liggen", die al doen ze ons niets
kwaads om een of andere uiter
lijkheid of eigenaardigheid van per
soon onze sympathie niet hebben maar
zelfs voor menschen die ons inderdaad
vijandig zijn, die ons tegenwerken, die
het op onze ondergang hebben voor
zien.
Vijanden liefhebben, goed voor hen
zijn, is heldhaftig en eischt een ka
rakter dat van Christus' liefde is aan-
gemunt, eischt een innige en wezen
lijke vereeniging met Christus, volgens
Paulus: dat niet wij leven maar
Christus leeft in ons.
O iedere mensch heeft veel vijanden
in zijn leven en ieder krijgt in de
kleinere of grootere kring van zijn be
staan de tournooien uit te vechten
tusschen zijn eigen Christen-zijn en
zijn persoonlijke tegenstanders en
vijanden.
Er zijn eohter vijanden die we allen
gemeenschappelijk tegen ons zien op
trekken.
Menschen die alles wat katholiek is
bestrijden met alle mogelijke middelen.
Voor wie geen aanval te verraderlijk
en geen wapen te gemeen is. Men
schen, die ook wel eerlijk strijden en
met open vizier maar ook en meer
menschen die liefst uit hinderlagen
en verdoken opgesteld him aanvallen
trachten tot een succes te maken.
De Katholieke Kerk, de Katholieken,
vormen een jachtterrein waarop alle
stroopers ongestraft mogen worden
losgelaten, waarop het „afmaken" en
het kwellen nooit strafbaar wordt ge
steld.
Kerk en priesters vormen een prach
tig jachtobject waarop sommige ge
trainde en verzorgde jachthonden een
apart en heerlijk jachtreoht willen op-
edschen.
Al die menschen zijn onze vijanden.
Al die menschen leggen het toe op
onze ondergang.
Al die menschen willen ons het liefst
uitroeien.
Zulke menschen vergeven, voor zulke
menschen bidden eischt toch onze
katholieke plicht, eischt onze op
Christus geënte en gegToeide persoon
lijkheid.
Maar moeilijk is het! En dan alleen
Bullen we er toe in staat zijn als we
•ns telkens maar weer een levendig
van het bedrijfschap voor Groenten en
Fruit, plaatselijk verdeelingskantoor te
Leiden. In overleg met Commissariaat
Noorvoorziening.
DISTRIBUTIE VAN ZACHT FRUIT.
In aansluiting op het reeds gepubli
ceerde bericht van 13 Juni '45, kunnen
wij U mededeelen, dat alle kleinhande
laren in groenten en fruit zijn bevoor
raad geworden met de 2de distributie
van aardbeien op Bon 416, een pond
per consument. - Vervolgens is een
distributie van aardbeien op bon
36 van de M.G.-kaart begonnen. Be
voorrading zal plaats vinden op basis
van een Vz pond per ingeschreven
consument.
Van de distributie van kersen of
bessen zijn de handelaren van K t.m. Z
bevoorraad geworden met een pond
p. ingeschreven consument op bon 416.
Bedrijfschap voor Groenten en
Fruit. Plaatselijk Verdeelings
kantoor Leiden.
NEDERLANDS VOLKSHERSTEL
zal bij U aankloppen. Geeft met gulle
hand het is Uw nationale plicht.
Nederland zal herrijzen Uw hulp is
daartoe noodig.
besef bijbrengen dat ook voor hen
Christus stierf en dat ook zij een
onsterfelijke ziel hebben.
Deze gedachte laat zich ook zóó
zeggen
„Als Jezus zulke menschen die ons
zoo gemeen bestrijden toch nog waard
achtte er Zijn leven voor op te offeren
dan moeten wij trachten ons in Zijn
goddelijke gedachtegang te verplaat
sen te doen als Hijvergeven en
vergeten."
Maar al bidden wij voor onze vijan
den, al vergeven we hen wat zij tegen
ons misdoen.... goedvinden wat zij
doen, er ons bij neerleggennooit!
Zijn vijanden liefhebben, voor hen bid
den, beteekent niet: een gemakkelijke
prooi en gewillige buit worden voor
gretig-happsnde bekken en muilen!
Naast het beminnen van onze vijan
den moet staan intense wil en bla
kende onverschrokkenheid van verde
diging en openlijk verzet en openlijk
verweer tegen iedere aanval die op
onzen heilige overtuiging, op ons kos
telijk geloof, op onze Heilige Kerk, op
haar Paus en Bisschoppen en Priesters
wordt gericht.
Naastenliefde is geen kussentje om
alle moeilijkheden daarop zoetjes te
rusten te leggen
Naastenliefde is heldhaftig: in verge
ven, in beminnen maar ook in strijden
en vechten.
Bemin Uw vijanden maar sla alle
aanvallen af en.... sla raak!
Bemin Uw Kerk, bemin Uw geloof en
verdedig ze met harde koppen, felle
harten enals het niet anders kan,
met stevige knuisten.
In „Soldier" van 12 Mei 1945
troffen wij onderstaand ontroe
rend vers aan. Officieren van
het R.C.A.F. squadron von
den het in de kleeding van
Flying Officer E. R. Davey uit
Londen, Ontario, Canada, toen
zij hem na een botsing in de
lucht, uit de wrakstukken van
zijn machine haalden. Het ge
dicht was in zijn eigen hand
schrift en droeg zijn onderteeke-
ning. De Engelsche titel luidt
„Teach me the way".
Almachtig God, die ook hiér zijt
Ik richt tot U een kort gebed:
Ik vraag in de ure van den strijd
Geen schild dat van den dood mij redt.
De onveranderlijke baan
Waarvan geen ster terzijde wijkt
Verwrikke niet noch breng" tot staan
De kogel die mijn hart bereikt.
Ik vraag niet om Uw bijstand nü,
Geen zegepraal, die mij verblindt:
Mijn vijand, dien ik haat, is U
Een dierbaar kind.
Dit bid ik: Wees Gij aan mijn zij
Wanneer mij hier de dood ontmoet:
Almachtig God, die stierft voor mij
Leer mij hoe of ik sterven moet.
Vertaling B. Rijdes.
(Overgenomen uit „Vrij Nederland"
d.d. 9 Juni 1945).
PUBLICATIES OVER DEN
BEZETTINGSTIJD.
De groote adviescommissie der Ille
galiteit is voornemens een groote uit
gave te doen publiceeren over het doel,
streven en de beteekenis van het on-
dergrondsche werk, zooals dit groeide
tijdens de vijf jaren van Duitsche be
zetting.
De groote adviescommissie der ille
galiteit heeft besloten hiertoe een com
missie van deskundigen te benoemen.
Zij verzoekt derhalve allen die voor
nemens zijn, hetzij een boek, hetzij een
brochure over den ondergrondschen
strijd uit te geven, zich te voren in
verbinding te stellen met de groote
adviescommissie der illegaliteit, bureau
Heerengracht 507, tel. 48743 te Am
sterdam.
NAAR NEDERLAND.
Naar uit New York wordt gemeld, is
de heer R. H. Mansfield, vice-president
van de Chase National Bank en pen
ningmeester van het „Hulp voor Ne
derland-fonds in Amerika" per vlieg
tuig naar Europa vertrokken. Na in
Londen besprekingen te hebben ge
voerd met ambtenaren van het fonds
gaat hij door naar Nederland, om daar
een onderzoek in te stellen naar de
behoeften. Midden Juli gaat hij naar
de Ver. Staten terug.
JAPANNERS HADDEN WEINIG
SUCCES BIJ DE INHEEMSCHE
BEVOLKING.
De New-York Times" bevat een
lang artikel in verband met de invasie
op Borneo, waarin o.m. het volgende
wordt gezegd: volgens berichten, die
door de Japansche linies uit vrijwel
geheel Ned. Indië binnenkomen, heb
ben de Japanners even weinig succes
gehad in Ned. Indië met hun plannen
voor een groot Oost Azië onder Japan
sche leiding als dat elders het geval is
geweest. Toen onlangs de Japansche
positie slechter werd, zijn verschillende
Japansche commandanten overgegaan
tot de meest brute maatregelen, ten
einde een soort samenwerking te ver
krijgen, die zij door pseudovriendelijk-
heid niet konden bereiken. Naar ge
meld wordt, zouden meer dan een mil-
lioen mannen uit Ned. Indië1 als
dwangarbeiders in Azië werkzaam zijn.
GEEN S.S.- OF N.S.B.-OVERVALLEN
IN DEN HAAG.
Naar aanleiding van een bericht, dat
in verschillende dagbladen in het oos
ten en zui'den van ons land is ge
publiceerd volgens hetwelke S.S.-ers en
N.S.B.-ers een mislukte overval op het
Huis van Bewaring in de Casuari-
straat te 'sGravenhage zouden hebben
gepleegd, waarbij een lid der B.S. zou
zijn gesneuveld, wordt van de zijde van
het M.G. en de P.O.D. te 's Gravenhage
medegedeeld, dat dit bericht volkomen
onjuist is. Er is noch op het Huis van
Bewaring in de Casuaristraat, noch op
eenige andere instelling of eenig ander
gebouw in Den Haag een overval ge
pleegd.
EINDE DER KUNST-PAUZE.
Kunstenaars, die willen optreden of
hun werk willen doen uitvoeren, kun
nen yanaf heden aanvraagformulieren
voor het verkrijgen van een Voorloo-
pige Vergunning afhalen aan het
Bureau van den District Militairen
Commissaris, bij wien deze formulieren
na invulling ook weder dienen te wor
den ingeleverd.
Een nieuwe geest in het Leidsch
Studenten Corps
Verleden Woensdagavond werd in de
Sociëteit Minerva een druk bezochte
Corps-vergadering gehouden, waarin
besluiten werden genomen, die in rui
mer kring aandacht verdienen.
Vooreerst werd zonder eenig debat
door de 96 aanwezige Corps-leden de
volgende motie aangenomen: „de ver
gadering steunt de Civitas-gedachte".
Dat deze uitspraak zonder tegenkan
ting aan de vergadering kon worden
ontlokt, achten wij zeer belangrijk en
verheugend. Volgens de tot nu toe
daarover gepubliceerde „illegale" docu
menten, beteekent immers de Civitas-
gedachte in het kader van het studen
tenleven, dat het L.S.C. de taak aan
vaardt zioh zoodanig te hervormen,
dat het principieel in staat is alle Leid-
sche studenten, ongeacht hun levens
beschouwing of maatschappelijke her
komst, te omvatten en te vertegen
woordigen. Daarmede zouden o.a. de
criteria van financieele draagkracht
en maatschappelijke standing, die in
de practijk het Corps-lidmaatschap
bepaalden, komen te vervallen. Een
dergelijke hervorming zouden wij
slechts toe kunnen juichen. Wij ont
veinzen ons eohter niet, dat de prac-
tische doorvoering er van nog heel wat
voeten in de aarde zal hebben.
Deze zware taak werd door de ver
gadering in eerste instantie op de
schouders gelegd van een nieuw ge
vormd voorloopig bestuur, de zgn. in
terregnum-commissie. Deze commissie
ontving de opdracht vóór 15 Augustus
concrete plannen ter tafel te brengen.
Vervolgens werd het besluit genomen
dat de Sociëteit Minerva voorloopig
zal doorgaan met het verleenen van
gastvrijheid aan studenten niet-Corps-
leden, zooals zij dit sinds de bevrijding
reeds heeft gedaan. In dit verband een
enkele opmerking. Men heeft indertijd
van de genoemde gastvrijheid nogal
hooge verwachtingen gehad voor de
verbroedering der verschillende groe
peeringen van het Leidsche studenten
leven. Deze verwachtingen zijn tot nu
toe slechts zeer ten deele vervuld. Er
kwamen wel de noodige niet-Corps-
leden op Minerva, maar zij bleven tot
nu toe meestal geïsoleerd staan en
werden niet opgenomen in de alge-
meene sfeer. Voor een deel ligt dit on
getwijfeld aan de „gasten" zelf, die de
Sociëteit soms als een café-restaurant
schijnen te beschouwen. Het zou ech
ter van weinig realiteitszin getuigen
als men alles aan de nieuw gekomenen
wilde wijten. Integendeel, onder hen
zijn er velen, die zich gaarne willen
aanpassen. Van den kant van de oude
Corps-leden heeft men echter blijk
baar nog niet algemeen begrepen, dat
echte gastvrijheid nog iets meer in
houdt dan het open zetten van de bui
tendeur! Moge de interregnum-com
missie er in slagen ook in deze verbe
teringen aan te brengen.
Op de houding van de katholieke
Leidsche studenten tegenover de
nieuwe Corps-plannen, hopen wij bij
gelegenheid nog eens terug te komen.
Voor het oogenblik bepalen wij ons er
toe te zeggen, dat zij over het algemeen
staat in het teeken van oprechte me
dewerking.
DOODENHERDENKING
27 Juni in de Pieterskerk.
Op Woensdag 27 Juni a.s. des avonds
te half acht, zal in de Pieterskerk een
herdenking plaats vinden van hen, die
in de jaren 1940'45 vielen in den
strijd voor vrijheid en recht.
Deze herdenking zal staan in het
teeken van de eenheid, waarin het
Nederlandsche volk tegen den bezetter
heeft gestreden en is dus uiteraard
toegangelijk voor personen van alle
gezindten.
Als sprekers zullen in deze bijeen
komst optreden Pater Th. Sanders en
dr. H. C. Touw, terwijl voorts muzikale
medewerking wordt verleend door het
Rotterdamsoh Philiiarmonisch Orkest,
het Kerkkoor „Ex Animo", het R.K.
Alma Materkoor en het Leidsch A Ca-
pella-koor, het geheel onder leiding
van den heer Willem Mizée. Solisti
sche medewerking verleenen verder:
mej. Naberman (sopraan), mevr. Beha
Brusse-Keyer (alt), Tan le Fèvre
(tenor), en Lucien Louman (bas) met
aan het orgel Bram Martijn.
Uitgevoerd zullen worden gedeelten
uit het Requiem van W. A. Mozart en
het „Te Deum" van Alphöns Diepen-
broek terwijl voorts eenige koralen en
oud-vaderlandsche liederen ten ge-
hoore zullen worden gebracht
Naast de Commissie van Uitvoering
heeft zich een Eere-comité gevormd,
bestaande uit de heeren:
Mr. A. van de Sande Bakhuyzen,
burgemeester, Prof. dr. L, G. M. Baas
Becking, Prof. dr. J. A. J. Barge, Mr.
P. E. Briet Voorz. Contactcommissie,
Prof. Mr. R. P. Cleveringa, W. de Gast
Commandant B.S., A. H. J. M. Ho-
mulle Deken van Leiden, H. van der
Horst Seer. N.V.H., Mr. P. J. Idenburg
Secr. Curatorium Leidsche Universiteit
Ds. D. Kuilman Ned. Herv Pred., W.
van der Laan, Voorz. 3 Oct.-Ver., M,
de Marcas Bestuurslid Isr. Gemeente,
J. Noorddijk Praeses Studenten Orga-
nis a tie en Ds. H. A. Wiersinga Gerei.-
Toegangsbewijzen voor deze herden-;
king zijn a f 2,— verkrijgbaar bij de
fa. Bender, Hoogewoerd 90.
Deze toegangsprijs geldt niet voor
hen voor wie deze herdenking op de
eerste plaats bestemd is, nl. de nabe
staanden van hen, die door de hand
der Bezetter gevallen zijn: voor hen
zijn een beperkt aantal vrijplaatsen
gereserveerd, waarvoor kaarten te
verkrijgen zijn Maandag 25 Juni a.s,
van 1012 uur bij de fa. Bender.
ZWEMINRICHTING „DE ZIJL", j
Watertemperatuur 21 gr. C.